9. Europese programma's

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

 

Wij willen optimaal en op een strategische manier gebruik blijven maken van de kansen die Europa ons biedt om provinciale beleidsdoelen te bereiken. De Europese Commissie stelt voor de programmaperiode 2014 - 2020 miljarden aan Europese middelen beschikbaar om de doelstellingen - die staan beschreven in de Europa 2020 strategie - te verwezenlijken.

Hebben we bereikt wat we wilden bereiken?

Terug naar navigatie - Hebben we bereikt wat we wilden bereiken?

In de huidige Europese programmaperiode 2014 - 2020 stelt de Europese Commissie miljarden aan Europese middelen beschikbaar om de doelstellingen die staan beschreven in de Europa 2020 strategie te verwezenlijken en perfect aan sluiten bij onze provinciale doelstellingen.
Het zogenoemde multipliereffect van elke geïnvesteerde euro maken de Europese middelen tot belangrijke impulsgelden voor de provincie. De Europese middelen zijn een katalysator bij het stimuleren van vooral het bedrijfsleven en Triple Helix partners om te innoveren en innovatiekracht te verbinden met de huidige actuele maatschappelijke opgaven.
Om optimaal en op een strategische manier gebruik te maken van deze kansen die Europa ons biedt om de provinciale doelstellingen te bereiken zet de provincie Noord-Brabant sterk in op onderstaande instrumenten en zijn de voorbereidingen op de nieuwe Europese programmaperiode 2021-2027 reeds in volle gang.
1) Subsidie instrumenten (majeure programma’s OPZuid, POP3, Interreg)
2) Bancaire instrumenten
3) Beleidsinstrumenten
4) Voorbereiding nieuwe programmaperiode 2021-2027

Hebben we daarvoor gedaan wat we wilden doen?

Terug naar navigatie - Hebben we daarvoor gedaan wat we wilden doen?

Ad1) Subsidie instrumenten
De provincie Noord-Brabant is betrokken bij de volgende Europese majeure programma’s: als management Autoriteit van OPZuid, gemandateerd management Autoriteit voor POP3 en strategisch partner voor Interreg. Wij spelen gedurende de gehele programmaperiode 2014-2020 met uitloop tot 2023 een belangrijke rol bij het beheer, de vormgeving, uitvoering en lancering van de verschillende Europese programma’s.

Hieronder een beknopt overzicht van de programma’s met hun huidige doelstellingen.
• OPZuid
De Europese Unie stelt voor de periode 2014-2020 een bedrag van € 114 miljoen beschikbaar voor het OPZuid programma. Dit is een gezamenlijk programma voor de drie zuidelijke provincies.

Binnen het OPZuid richten we ons op verbetering van het regionale concurrentievermogen en de werkgelegenheid door middel van de speerpunten innovatiebevorderingen op basis van de “Smart Specialisation Strategy” RIS3 en de overgang naar een koolstofarme economie.

• INTERREG
Interreg zet in op “grensvervaging” en bevordering van samenwerking tussen regionale gebieden in verschillende landen. Interreg A is gericht op grensoverschrijdende samenwerking met België, Duitsland, Frankrijk en Engeland en verwacht voor de periode 2014-2020 een bedrag van € 0 miljoen voor de vier Interreg A programma’s te genereren.

De nadruk ligt hierbij op de thema’s innovatie, duurzaamheid en grensoverschrijdend arbeidsmarktbeleid. De Interreg-programma’s zijn een belangrijk instrument bij de verwezenlijking van de internationale ambities van Brabant.

• Plattelandsontwikkelingsprogramma (POP3)
De Europese Unie stelt voor de periode 2014-2020 voor het POP3 programma een bedrag van
€ 55,74 miljoen beschikbaar voor de provincie Noord-Brabant.

Het POP3 programma richt zich op verduurzaming en innovatie van de landbouw en de daarmee verbonden thema’s zoals transitie agrofood, water, natuur, milieu en plattelandsontwikkeling. Innovatie vormt hier een rode draad in POP3 en richten ons op projecten die leiden tot daadwerkelijke transitie van de agrarische sector.

De provinciale cofinanciering is middels de ‘Comply or Explain’ gedachten gematcht aan de Europese middelen.

Ad) 2 Bancaire instrumenten
• Europees Fonds voor Strategische Investeringen (EFSI)
De aandelenkant van de MKB- plusfaciliteit is sinds eind augustus 2018 operationeel. Het Rijk (EZK/NIA), de EU (EIF) en de provincie Noord-Brabant kunnen sindsdien durfkapitaal verstrekken (aandelenparticipaties) aan Brabantse midden-, klein- en midcap bedrijven, die willen groeien en opschalen.

Daarnaast hebben Invest-NL (toen nog ‘in opbouw’) en de provincie op 14 maart 2019 een intentieverklaring ondertekend om samen een co-investeringsinstrument (leningenkant van de MKB-plusfaciliteit) op te zetten. Dit heeft eind 2019 geresulteerd in een concept samenwerkings-overeenkomst.

De MKB-plusfaciliteit is ontworpen om private partijen over de streep te trekken om meer te investeren in veelbelovende innovatieve groeibedrijven. De aandelenkant van de MKB-plusfaciliteit maakt o.a. gebruik van het Europees Fonds voor Strategische Investeringen (EFSI).

Mijlpalen 2019:
In 2019 is gewerkt aan de eerste investering (aandelenparticipatie) in een Brabants MKB-bedrijf. De ondertekening van de deal is uiteindelijk niet meer in 2019 gerealiseerd, maar in januari 2020.

De leningenkant van de MKB-plusfaciliteit is op 16 januari 2020 van start gegaan met de ondertekening van de samenwerkingsovereenkomst tussen de provincie en Invest-NL.

Ad) 3 Beleidsinstrumenten
• Vanguard initiatief
Het Vanguard initiatief is een initiatief waarin ruim 35 Europese regio’s samenwerken. Het initiatief is gericht op een “slimme” modernisering van de Europese maakindustrie (Smart Industries). Brabant participeert actief in dit Europese Samenwerkingsproject, gezien het grote belang van de Smart Industrie-agenda in onze regio. Brabant werkt hierbij nauw samen met een aantal andere provincies waaronder Gelderland, Overijssel, Limburg en Zeeland, het Rijk en regio’s in Europa (waaronder: Vlaanderen en Baden Württemberg). Concreet is het initiatief bericht op:
a. Beleidsbeïnvloeding in Brussel, zodanig dat binnen en/of naast bestaande Europese fondsen, maar ook in regelgeving, hoge prioriteit wordt gegeven aan baanbrekende projecten op het gebied van Smart Industries, vooral ook na 2020. Resultaat is concrete ondersteuning vanuit de EC voor projecten waarin Brabant betrokken is.
b. Kennisdeling en samenwerking op het gebied van Smart-Industries met andere regio’s (“brengen en halen”). Het is voor het Brabants bedrijfsleven wezenlijk om goed aangesloten te zijn op ontwikkelingen in andere, toonaangevende regio’s binnen Europa, op het gebied van Smart Industries. Er zijn concrete samenwerkingsprojecten met Vlaanderen, Baden Württemberg en Lombardije opgestart. We zijn volledig aangesloten op het nieuwe Digital Europe Program en de ontwikkeling van European Digital Innovation Hubs.

Mijlpaal 2019:
Start van het project 3DPan-EU, waar we meewerken aan de ontwikkeling van een Europees platform waar alle relevante faciliteiten in Europa rondom 3D Printen samengebracht zijn.

• Monitoring Europese programma’s
Jaarlijks monitort Stimulus Programmamanagement van de provincie Noord-Brabant - in samenwerking met ERAC - de verlening van Europese subsidies aan projecten met begunstigden die zijn gevestigd in Zuid-Nederland. Deze gegevens worden ieder half jaar geactualiseerd en laten zien dat vanaf het begin van de huidige programmaperiode 2014-2020 voor 3.229 projecten Europese subsidie is toegekend aan ontvangers in Brabant.

Ad) 4 Voorbereiding nieuwe programmaperiode 2021-2027
Nieuwe programmaperiode 2020-2027
In de aanloop naar de volgende programmaperiode staan de provincies aan de lat om samen met de steden, triple helix organisaties, kennisinstellingen en overige stakeholders te komen tot een integrale strategie op landsdelig niveau, uitmondend in een nieuwe RIS 3. Om deze gestalte te geven is in 2017 op initiatief van Brabant een werkgroep Cohesie Zuid in het leven geroepen en een eerste aanzet gemaakt om in 2019 tot een gedragen strategie te komen waarmee provincies, samen met gemeenten, het Rijk en triple helices gestuurd kan worden op de allocatie van middelen.

Mijlpaal 2019:
De in 2018 vastgestelde houtskoolschets voor de inzet van Europese Programma’s in Zuid-Nederland is in 2019 uitgewerkt tot een concept Regionale Innovatie Strategie door middel van Slimme Specialisatie (RIS3). Een intensief traject van consultatie, in de vorm van interviews, themabijeenkomsten en besprekingen met een begeleidingsgroep borgt het draagvlak voor de ‘strategische onderlegger’ voor de programma’s, die in 2020 daadwerkelijk opgesteld zullen worden.

Voor de nieuwe programmaperiode wordt de provinciale cofinanciering op een andere manier vormgegeven. Nu is een bedrag van 103 miljoen gereserveerd voor cofinanciering (voor de helft gefinancierd uit de investeringsagenda). Deze luxe hebben we in de toekomst niet meer. Voor cofinanciering zal beroep gedaan worden op de budgetten van afzonderlijke programma’s. Hierdoor worden de programma’s verleid om actief Europa op te zoeken bij het verwezenlijken van de Brabantse ambities.

Mijlpaal 2019:
In 2019 is begonnen met de voorbereiding over nieuwe vorm en invulling van Brabantse cofinanciering voor nieuwe Europese programmaperiode 2021-2027. In 2020 zal hierover duidelijkheid zijn.

 

Heeft het gekost wat het mocht kosten?

Terug naar navigatie - Heeft het gekost wat het mocht kosten?

De Operationele programma’s voor OP Zuid-Nederland (OP Zuid), Plattelands ontwikkelingsprogramma (POP3) en Interreg met hun doelstellingen dragen volledig bij aan de “het bestuursakkoord” met de daaronder vallende programma’s, met het zwaartepunt op economie, landbouw en ecologie. Het Europese beleid kent een cyclus van 7 jaar. De huidige programmaperiode loopt van 2014 tot en met 2020. De beschikbare EU-middelen zijn bekend inclusief de percentages waarin ze als cofinanciering kunnen bijdragen aan ons provinciaal beleid en de verwachte kosten die zijn gemoeid voor de uitvoering van de programma’s (zoals de afhandeling van de aanvragen en de monitoring). Bij de match van de provinciale cofinanciering aan de Europese middelen wordt het principe van comply-or-explain toegepast.

 

            Bedragen x 1 mln.
Programma's Financiële Inzet Europese Programma's 2014-2020 Bijgestelde ambitie inzet Europese programma's 2014-2020 Aanwezige dekking Dekking toe- komstige jaren Uitgaven t/m 2018 Resteert
Op-Zuid 27 27 28 3 28 3
POP3 30 35 42   16 26
Interreg A 34 25 21   8 13
Uitvoering 12 16 16   7 10
             
Totaal 103 103 107 3 59 51