De uitvoering van programma 9 Mobiliteitsontwikkeling heeft in 2022 een flink aantal uitdagingen gekend, zoals de nasleep van de coronapandemie, de dynamiek rondom stikstof, enorme prijsstijgingen en leveringszekerheid. Om Brabant klaar te kunnen maken voor de toekomst is een transitie nodig van ons mobiliteitssysteem naar een samenhangend netwerk van verschillende vormen van (gedeelde) mobiliteit. De ambities liggen vast in het beleidskader Mobiliteit Koers 2030.
Dit jaar zijn hierover belangrijke afspraken met de ministers gemaakt tijdens het BO-MIRT. Samen met provincie en regio investeert het Rijk de komende jaren € 2 mld. in mobiliteitsmaatregelen in Brabant gekoppeld aan de ontsluiting van een aantal versnellingslocaties en de grootschalige woningbouwgebieden in de spoorzones van Breda/Tilburg, ’s-Hertogenbosch en Eindhoven. De investeringen zijn gericht op het verbeteren van de spoorverbindingen, hoogwaardig openbaar vervoer (HOV), fietsstimulering en mobiliteitshubs en vormen een belangrijke basis voor een mobiliteitstransitie.
Daarmee zijn in 2022 de eerste belangrijke stappen gezet in het realiseren van het Toekomstbeeld OV 2040 (TBOV 2040) en het Brabants Toekomstbeeld Fiets (BTF). Zo is er extra budget voor de MIRT-verkenning OV-knoop ’s-Hertogenbosch inclusief afspraken over fietsparkeren, nadere uitwerking van de afspraken over de ontwikkeling van Spoorknoop Eindhoven en een korte termijn pakket A2/N2 Eindhoven. Het Brabants Toekomstbeeld Fiets (BTF) is in 2022 opgesteld en is de vertaling van het Nationaal Toekomstbeeld Fiets 2040. Tijdens BO-MIRT zijn op basis hiervan afspraken gemaakt over een (adaptieve) samenwerkingsagenda om samen met het rijk en de regio te werken aan fietsroutes, fietsparkeren en fietsstimulering. Hiermee hebben we het fietsdossier gepositioneerd in het hart van de grote maatschappelijke en ruimtelijke opgaven,
Maar ook blijft geïnvesteerd worden in de robuustheid van het (rijks-)wegennet. De verbreding van de A58 Tilburg – Eindhoven krijgt prioriteit van het Rijk. De andere rijksprojecten in Brabant zijn voorlopig aangehouden door de ontwikkelingen rondom stikstof. Voor het verminderen van de impact in de komende jaren van het tijdelijk on-hold zetten van deze projecten is intensivering van de mobiliteitstransitie nodig. Zo zijn voor de stedelijke regio Tilburg – Breda en rondom de spoorknoop ’s-Hertogenbosch multimodale mobiliteitspakketten afgesproken. Deze afspraken worden verder uitgewerkt in 2023.
De mobiliteitsopgave is niet alleen een belangrijk onderdeel van de woningbouw- en verstedelijkingsopgave, maar we hebben ook aandacht gevraagd voor de gevolgen van goederenvervoer op het spoor in het kader van veiligheid en leefbaarheid. Want mobiliteit is niet een doel op zich maar een middel voor het realiseren van de andere opgaven uit de Brabantse omgevingsvisie.
De gemaakte afspraken worden met de regio’s verder uitgewerkt en komen samen in de Regionale Mobiliteitspakketten (RMP's), samenhangende gebiedsgerichte pakketten voor de vier regio’s. Omdat we samen meer bereiken dan alleen, hebben we intensief samengewerkt met onze partners in Brabant om maximale toegevoegde waarde te bieden voor Brabant.
Corona, stikstof en prijsstijgingen hebben ervoor gezorgd dat er een fors tekort is ontstaan in de programmering Mobiliteit 2023-2042. Er zal dus nog scherper gekozen moeten worden tussen verschillende mobiliteitsprojecten. Hiervoor is een bestuursopdracht opgehaald en in 2023 zal een aantal scenario’s worden voorgelegd.