Programma 4 Natuur en milieu

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Natuur 
Het programma ligt grotendeels op koers. In de afgelopen tijd is voortvarend doorgewerkt aan de realisatie van het Natuurnetwerk Brabant en het herstel van de N2000-gebieden.
 
In 2023 is de Uitvoeringsagenda Natuur 2023-2027 vastgesteld. Provinciale Staten zijn hierover via een Statenmededeling geïnformeerd. 2023 is het eerste jaar van de inwerkingtreding van dit nieuwe beleidskader en het Uitvoeringsprogramma.
Via Burap-I 2023 zijn de doelen en bijbehorende indicatoren voor Natuur zoals vastgesteld in het Beleidskader Natuur 2023-2030 verwerkt in de provinciale begroting. Omdat het Beleidskader Natuur is vastgesteld na verzending van de Begroting 2023 aan PS zijn de toelichtingen op de doelstellingen en prestaties voor Natuur terug te vinden in Burap-I 2023 in plaats van in de Begroting 2023. 
 
Uit de natuurdoelanalyses die voor vijftien Natura2000 gebieden zijn opgeleverd is gebleken dat in alle gebieden een of meerdere habitats/soorten vallen onder de categorie “nee, tenzij”. Dit betekent dat behoud op dit moment niet geborgd is en de instandhoudingsdoelstellingen buiten bereik zijn en aanvullende maatregelen genomen moeten worden om de instandhoudingsdoelstellingen op termijn te halen. Inmiddels zijn de natuurdoelanalyses van tien Brabantse gebieden beoordeeld door de Ecologische Autoriteit. Uit de adviezen blijkt dat de natuurdoelanalyses goed in elkaar zitten en de conclusies over de habitats/soorten worden gedeeld.

Groenblauwe gebiedsgerichte aanpak
De uitvoering van het natuurbeleid wordt voor wat betreft de gebiedsgerichte maatregelen meer in samenhang met andere opgaven (water, bodem, stikstof, klimaat, landbouw) opgepakt in de groenblauwe gebiedsgerichte aanpak. In circa 150 gebieden in Noord-Brabant wordt gewerkt aan de uitvoering van de groene en blauwe opgaven. In en rondom zeventien van deze gebieden komen veel opgaven nauw samen. Het gaat hier om veertien stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden en om drie gebieden met een grote klimaatopgave (van de 21 N2000 gebieden). U bent via twee Statenmededelingen geïnformeerd over de voortgang van de gebiedsprocessen groenblauwe gebiedsgerichte aanpak en de voortgang van het instrumentarium van de groenblauwe gebiedsgerichte aanpak.

Brabants Programma Landelijk Gebied
In het kader van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) heeft het Rijk aan de provincies gevraagd om aan de slag te gaan met de uitwerking van de richtinggevende doelen op het gebied van natuur, water en klimaat en een provinciaal gebiedsprogramma op te stellen. 
In juli 2023 heeft de provincie Noord-Brabant een eerste pakket voor het BPLG (Brabants Programma Landelijk Gebied) aan het Rijk aangeboden. Het bevat de Houtskoolschets landelijk gebied én een pakket ‘no regret’-maatregelen waar de provincie op korte termijn mee aan de slag wil. Het BPLG is een gecombineerde aanpak van natuur-, stikstof-, water- en klimaatdoelen én de transitie van de landbouw in Brabant. Een flink deel van het bestaande natuurbeleid is onderdeel van het BPLG, zoals Natura 2000 en het Natuurnetwerk. Aanvullend op het bestaande natuurbeleid is de opgave voor 30% natuurherstel volgens de Vogel- en Habitatrichtlijn (VHR), zoals beschreven in het NPLG. Er wordt gewerkt aan een uitvoeringsstrategie BPLG, die ook van invloed is op de werkwijze van de groenblauwe gebiedsgerichte aanpak.

 

Milieu
• Het Beleidskader Milieu 2023-2030 is vastgesteld, net als de Uitvoeringsagenda 2023.  Uitvoeringsagenda 2024-2027 wordt begin 2024 opgesteld.
We willen dat Brabant een fijne en gezonde plek is om te wonen en te ondernemen, nu en in de toekomst. De bescherming van het milieu – om daarmee te zorgen voor een gezonde leefomgeving – is al van oudsher een kerntaak van de provincie.
Schone lucht, water en bodem en weinig tot geen milieuhinder zijn daarvoor basisvoorwaarden, ook voor een goed vestigingsklimaat. Tegelijk is Brabant een drukke provincie en vinden er veel activiteiten plaats. Als de lucht-, water-, bodem- of ondergrondkwaliteit niet op orde zijn, heeft dat effect op het welzijn, de veiligheid, de gezondheid en daarmee de Brede Welvaart van Brabanders. Een ongezond buitenmilieu veroorzaakt 3,5% van alle ziektelast in Nederland.
 
• Hiermee dragen we bij aan de ambities van de provincie om gezondheid, kwaliteit van leven en welzijn te beschermen en te bevorderen en het “steeds beter” uit onze Omgevingsvisie

 

Vergunningverlening toezicht en handhaving (VTH)
De Wnb-vergunningverlening voor Natura2000-activiteiten, voor aanvragen met extra stikstofdepositie, is in 2023 als gevolg van de staat van de natuur niet mogelijk totdat er een concreet geborgd maatregelpakket is vastgesteld. Als gevolg van de Porthos uitspraak werd het aan het einde van 2023 wel weer mogelijk om vergunningen te verlenen voor projecten met een geringe uitstoot gedurende de bouwfase, en geen uitstoot gedurende de gebruiksfase van het project. Daarnaast zijn beleidsmatige voorbereidingen getroffen om de stikstofuitstoot verder naar beneden te krijgen met het oog op natuurherstel. Één van de instrumenten waar in dit kader aan gedacht moet worden is de voorbereiding van de ontwikkeling van een intrekkings- en aanschrijvingsbeleid als mogelijke maatregel in het Brabants Programma Landelijk Gebied en de Brabantse ontwikkelaanpak stikstof.

Pijler Robuuste Natuur

Terug naar navigatie - Pijler Robuuste Natuur

De Brabantse natuur is adequaat beschermd tegen ongewenste ruimtelijke ingrepen. Ze is vitaal en van voldoende omvang om bestand te zijn tegen schommelende omgevingsinvloeden zoals weersextremen. De Brabantse natuurgebieden vormen een onderling aangesloten netwerk waardoor uitwisseling kan plaatsvinden. 

Pijler Brabant Natuurinclusief

Terug naar navigatie - Pijler Brabant Natuurinclusief

Natuur levert een bijdrage aan de welvaart en het welzijn van Brabant en de Brabanders. Andersom is natuur als vanzelfsprekend onderdeel van andere maatschappelijke, ruimtelijke en economische opgaven en verweven in alle maatschappelijke sectoren. 

Hebben we bereikt wat we wilden bereiken?

Terug naar navigatie - Hebben we bereikt wat we wilden bereiken?

Natuurnetwerk Brabant ingericht, verbonden en beheerd

Terug naar navigatie - Natuurnetwerk Brabant ingericht, verbonden en beheerd

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • In 2030 is het Natuurnetwerk Brabant ingericht, verbonden en beheerd 

Kwaliteit (indicator)

O

Kwaliteit (toelichting)

In 2027 hebben we zicht op het beschikbaar hebben van de meeste gronden voor het Natuurnetwerk Brabant (NNB) via verwerving of functieverandering. In het rijksdeel van het NNB wordt gestaag voortgang geboekt maar het is nog onzeker of we de totale opgave van 6.500 hectare Rijks NNB eind 2027 halen. Partners geven aan dat het beschikbaar krijgen van NNB-gronden op vrijwillige basis niet overal tot de gewenste resultaten zal leiden, zeker nu flexibel begrenzen niet meer mogelijk is. Bovendien merken we dat agrariërs wachten op duidelijkheid en mogelijkheden in het kader van het transitiefonds en het Nationaal en Brabants Programma Landelijk Gebied. Door de bezuiniging op het programma Natuur en door prijsstijgingen bij het NNB hebben we voor een deel van de NNB (770 ha van de 9.600 ha) en EVZ-opgave (175 ha) vooralsnog geen budgettaire dekking meer.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

N2000-gebieden hersteld en versterkt

Terug naar navigatie - N2000-gebieden hersteld en versterkt

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • De kwaliteit en kwantiteit van de habitattypen en soorten uit de VHR mogen nooit achteruit gaan.  
  • In 2030 zijn in de N2000-gebieden de VHR-habitattypen en soorten verbeterd in oppervlakte en/of kwaliteit t.o.v. 2023 daar waar nodig volgens aanwijzingsbesluit. 

Kwaliteit (indicator)

O

Kwaliteit (toelichting)

Uit de natuurdoelanalyses blijkt dat het huidige maatregelenpakket (stikstofreductie en natuurherstel (o.a. hydrologische maatregelen)) niet voldoende is om voor alle habitats/soorten de instandhoudingsdoelen te behalen. Het behalen van de instandhoudingsdoelen is voor deze habitats/soorten momenteel buiten bereik. Er moeten aanvullende maatregelen worden genomen om de stikstofdepositie verder te reduceren en de natuur verder te versterken. 

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Bossen aangelegd en gerevitaliseerd

Terug naar navigatie - Bossen aangelegd en gerevitaliseerd

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • In 2030 is in Brabant 13.000 ha nieuw bos aangelegd t.o.v. 2020. 
  • In 2030 is ca. 20.000 ha bos op de zandgronden omgevormd naar vitaal bos (revitalisering van bestaande bossen) t.o.v. 2020. 

Kwaliteit (indicator)

O

Kwaliteit (toelichting)

Het betreft een forse ambitie met vooralsnog beperkte middelen en capaciteit. Onderdeel van de ambitie is om de benodigde middelen te vinden door o.a. medeondertekenaars van het klimaatakkoord op hun medeverantwoordelijkheid aan te spreken, actief te zoeken naar nationale middelen en Europese fondsen en door de ambitie mee te koppelen met andere opgaven zoals woningbouw, energietransitie en circulaire economie. In 2023 is een regeling opengesteld voor bosrealisatie uitgevoerd door het Groen Ontwikkelfonds Brabant (GOB). Daarnaast is met middelen vanuit het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) en Natuur een regeling voor bosrevitalisering opengesteld en zijn voorbereidingen getroffen om aanspraak te maken op aanvullende middelen uit het landelijke Programma Natuur, het Nationaal Programma Landelijk Gebied en de eigen bestuursakkoordmiddelen.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Biodiversiteit beschermd

Terug naar navigatie - Biodiversiteit beschermd

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • In 2030 is de stand van de populaties kwetsbare en bedreigde planten en dieren minimaal behouden t.o.v. 2022 

Kwaliteit (indicator)

O

Kwaliteit (toelichting)

De biodiversiteit staat onder druk, ook buiten de N2000-gebieden. Maatregelen zijn erop gericht om kwetsbare soorten te behouden, maar het resultaat daarvan is met name mede afhankelijk van de mate waarin de transities naar een duurzame landbouw en energievoorziening en naar een natuurinclusieve samenleving effect sorteren. 

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Basisvoorwaarden op orde: lucht-, water- en bodemkwaliteit

Terug naar navigatie - Basisvoorwaarden op orde: lucht-, water- en bodemkwaliteit

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • In 2030 is de emissie en depositie van stikstof in Noord-Brabant afgenomen tot een niveau zoals in het kader van het NPLG tussen rijk en provincie is overeengekomen. 

Kwaliteit (indicator)

O

Kwaliteit (toelichting)

Op 26 oktober jl. heeft het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu de nieuwe stikstofdepositiecijfers voor Natura 2000-gebieden gepubliceerd. Hierover bent u afgelopen najaar geïnformeerd via de Memo gedeputeerde Actualisatie stikstofcijfers. Op basis van de nieuwe depositiecijfers kan voor stikstofgevoelige habitats in Brabantse Natura 2000-gebieden het volgende geconcludeerd worden. In 2021 werd in de 17 van de 21 Natura 2000-gebieden voor ca. 11.500 hectare (ca. 91%) de zogenoemde Kritische Depositiewaarde voor stikstof overschreden. De prognose voor 2030 is dat met ca. 500 hectare afneemt naar ca. 11.000 hectare. Daarmee blijft ca. 86% van het stikstofgevoelige areaal overbelast. De prognose voor 2030 is gebaseerd op de ramingen van het Planbureau voor de Leefomgeving in het kader van de Klimaat- en energieverkenning. Daarmee zou het aandeel stikstofgevoelige Natura 2000 met een stikstofdepositie onder de Kritische Depositiewaarde toenemen van ca. 9% naar ca. 13%. Op basis van de voorgaande landelijke stikstofcijfers was dit nog ca. 13% respectievelijk ca. 27%. In het najaar publiceert het RIVM de landelijke monitoringscijfers voor monitoringsjaar 2022. Nadat deze geactualiseerde informatie beschikbaar is, zullen wij deze met uw Staten delen.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Natuur meewegen bij ruimtelijke en economische ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Natuur meewegen bij ruimtelijke en economische ontwikkelingen

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • In 2030 is er een gedeelde basis voor een 'Natuurinclusief Brabant' en zijn de 8 domeinen van natuurinclusieve samenleving uitgewerkt in specifieke plannen voor Brabant. 
  • In 2030 is er een positieve trend voor biodiversiteit in het stedelijk gebied.

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

De voorbereidingen zijn gestart voor de Brabantse Agenda Natuurinclusief en om gemeenten te stimuleren en te faciliteren bij het opstellen van soortenmanagementplannen.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Behoud, herstel en ontwikkeling van landschappen

Terug naar navigatie - Behoud, herstel en ontwikkeling van landschappen

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • In 2030 bestaat minimaal 10% van het landelijk gebied uit groenblauwe dooradering 

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

De actuele situatie is nog onveranderd: actie op dit onderdeel is afhankelijk van financiering uit het transitiefonds Landelijk Gebied (NPLG). Een eerste tranche (de zogenaamde no-regret middelen) zouden aanvankelijk medio 2023 beschikbaar komen, maar de besluitvorming hierover heeft nog altijd niet plaatsgevonden, waardoor hier sprake is van minimaal een jaar vertraging om bijbehorende acties op te kunnen starten.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Meer groen in de directe omgeving

Terug naar navigatie - Meer groen in de directe omgeving

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • In 2030 is het aantal vierkante meters groen per gemeente in de bebouwde kom (met 5%) toegenomen ten opzichte van 2023. 

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

De methodiek voor deze indicator is inmiddels bepaald en de opdracht wordt nu aanbesteed: hiermee is het mogelijk om in 2024 op basis van beschikbare gegevens een nulmeting voor 2023 uit te voeren. Deze meting herhalen we in 2026 en 2030. Met deze indicator volgen we de algemene trend en relateren we het effect van onze eigen acties die hieraan kunnen bijdragen.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Versterken van de beweging van vergroening

Terug naar navigatie - Versterken van de beweging van vergroening

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • Nog nader te bepalen 

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

In 2023 is gestart met het traject om meer verbinding/samenwerking op te zetten tussen Brabantse netwerkpartners die gericht zijn op het in beweging brengen van Brabanders bij vergroeningsinitiatieven. Dit traject leidt medio 2024 tot een gezamenlijk plan hoe deze samenwerking de komende jaren in te vullen.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Milieu. Continue verbetering van de luchtkwaliteit en vermindering van de geluid-, geur- en lichthinder

Terug naar navigatie - Milieu. Continue verbetering van de luchtkwaliteit en vermindering van de geluid-, geur- en lichthinder

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • In 2030 is de luchtkwaliteit verbeterd en de geluidsoverlast verminderd

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

Met het Schone Lucht Akkoord hebben we afgesproken dat we een passende bijdrage leveren aan de landelijke doelstelling van 50% gezondheidswinst uit binnenlandse bronnen in 2030 ten opzichte van 2016. 
De eerste 5 projecten uit de Uitvoeringsagenda Schone Lucht Akkoord (SLA) zijn in uitvoering.  

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH) leveren een bijdrage aan een gezonde fysieke leefomgeving en daarmee een bijdrage aan een goed werk- en leefklimaat.

Terug naar navigatie - Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH) leveren een bijdrage aan een gezonde fysieke leefomgeving en daarmee een bijdrage aan een goed werk- en leefklimaat.

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • De kwaliteit van de uitvoering van VTH voldoet aan de kaders van landelijke wetgeving;
  • Bij het opstellen van de provinciale beleidskaders en uitvoeringsagenda’s voor o.a. Natuur, Water, Milieu, Energie, Landbouw en Voedsel wordt bewust bezien of en hoe beschikbare VTH-instrumenten ingezet kunnen worden om een bijdrage te leveren aan het bereiken van een beleidsdoel.

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

VTH is als een van de realisatieprogramma’s nauw betrokken bij het opstellen van beleidskaders en uitvoeringsprogramma’s waarvoor VTH een belangrijke uitvoeringspartner is, zoals die van Milieu, Natuur en Landbouw. Zo komen omgevingsveiligheid en zeer zorgwekkende stoffen (ZZS) terug in het Beleidskader Milieu 2030. De beoogde aanpak voor de ondersteunende niet wettelijke taken voor deze thema's wordt hierin duidelijk beschreven. 
Vanwege het doel om Brabant open te houden, is het zwaartepunt van de werkzaamheden in het programma meer komen te liggen op de aan stikstof gerelateerde werkzaamheden. Overige ontwikkelingen hadden betrekking op de voorbereiding van de inwerkingtreding van de Omgevingswet, de verdere uitwerking van het Interbestuurlijk Programma versterking VTH-stelsel (IBP), waar de verschillende pijlers met activiteiten verder uitgewerkt zijn, het reguliere VTH-Opdrachtgeverschap en de VTH-casuïstiek.

Wat hebben we daarvoor gedaan?

Inzet verbonden partijen

Terug naar navigatie - Inzet verbonden partijen

Voor het realiseren van de doelstellingen uit dit begrotingsprogramma worden onderstaande verbonden partijen ingezet:
•    Fonds Nazorg Gesloten Stortplaatsen
•    Groen Ontwikkelfonds Brabant BV
•    Omgevingsdienst Brabant Noord
•    Omgevingsdienst Midden-en West-Brabant
•    Omgevingsdienst Zuidoost Brabant
Nadere informatie over verbonden partijen staat in de paragraaf Verbonden partijen.

Heeft het gekost wat het mocht kosten?

Terug naar navigatie - Heeft het gekost wat het mocht kosten?
Bedragen x € 1.000 Begroting 2023 Begroting 2023 Jaarrekening 2023 Verschil begroting -
oorspronkelijk na wijziging realisatie realisatie
Lasten
Programmalasten 166.934 N 187.796 N 167.232 N 20.564 V
Toegerekende organisatiekosten 12.110 N 14.579 N 13.852 N 727 V
Totaal Lasten 179.044 N 202.375 N 181.084 N 21.291 V
Baten
Programmabaten 45.871 V 69.356 V 51.982 V 17.374 N
Bijdrage in toegerekende organisatiekosten 0 0 0 0
Totaal Baten 45.871 V 69.356 V 51.982 V 17.374 N
Saldo van baten en lasten 133.173 N 133.020 N 129.102 N 3.918 V

Toelichting verschil begroting – realisatie

Terug naar navigatie - Toelichting verschil begroting – realisatie
4. Natuur en milieu - Afwijking lasten (bedragen x € 1.000) 21.291 V
Milieu 677 V
De lagere lasten inzake Milieu worden met name veroorzaakt doordat de uitvoering m.b.t. advisering samenwerking kennisdeling door de diverse Omgevingsdiensten ad € 0,13 mln. niet meer in 2023 is gerealiseerd, maar dit schuift door naar 2024. Verder was voor de Uitvoeringsagenda Milieu 2023 een bedrag geraamd van € 0,3 mln. Vanwege beperkte capaciteit (uitval) is vertraging opgetreden; o.a. de plannen van aanpak voor hotspots en geluidhinder en het actieplan lichthinder.
Vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH) 3.235 V
De eindafrekening van omgevingsdienst Brabant-Noord viel lager uit dan oorspronkelijk geraamd door de effecten van de stikstofproblematiek op de vergunningverlening soortenbescherming en op de toezicht en handhaving door de omgevingsdiensten.
Groenblauwe Gebiedsgerichte Aanpak (GGA) 232 V
Begin 2023 was de verwachting dat de gebiedsvisies in de GGA-gebieden voor eind 2023 opgeleverd zouden zijn. Dit loopt langer door dan gepland doordat de gebiedsprocessen met zorgvuldige belangenafstemming meer tijd vroegen en het Brabants Programma Landelijk Gebied (kaderstellend) in 2024 wordt opgeleverd in plaats van in 2023. Het is de verwachting dat de gebiedsvisies eind 2024 zullen worden opgeleverd. Dit betekent ook dat de hiervoor gereserveerde middelen in 2023 gedeeltelijk pas in 2024 zullen worden besteed. Vandaar dat in het statenvoorstel bij deze Jaarrekening een budgetoverheveling naar 2024 wordt voorgesteld ter hoogte van € 231.995.
Natuurcompensatie realisatie natuurbossen 1.000 V
Voor de openstelling voor realisatie van natuurbos binnen het provinciaal Natuurnetwerk Brabant is € 2,9 mln. beschikbaar gesteld via het Groen ontwikkelfonds Brabant (GOB). In 2023 werden hiervoor de eerste aanvragen verwacht en was € 1 mln. geraamd. Er zijn slechts enkele aanvragen binnengekomen aan het eind van het jaar. Het geraamde bedrag voor 2023 schuift hiermee door naar 2024 en verder.
Biodiversiteit 494 V
Voor de subsidieverlening aan gemeente Tilburg voor realisatie van het recroduct Poort van Pauwels was in 2023 circa € 0,7 mln. geraamd. Vanwege de hoogte van het subsidiebedrag wordt de last niet in één jaar genomen, maar wordt deze gelijk aan de opgave van besteding van de subsidie genomen. Doordat na de Slotwijziging 2023 een nieuwe opgave van de besteding is ontvangen, wordt € 0,5 mln. van de totale last naar 2024 en 2025 doorgeschoven.
Stimuleringsregeling Landschap (Stila) 548 V
Eind 2023 zijn nog veel subsidieaanvragen voor Stila ontvangen die niet meer beschikt konden worden door drukte bij de afdeling subsidies. Deze subsidies zijn begin 2024 beschikt waardoor de last in 2024 valt. De middelen blijven beschikbaar binnen de Reserve Natuur en landschapsbeleid en schuiven door naar 2024.
Natuurnetwerk Brabant Grond 1.422 N
De grondposities (aankoop, verkoop en doorlevering) laten zich moeilijk ramen. In de laatste maanden van 2023 zijn door het GOB minder subsidies beschikt dan voorzien was bij de slotwijziging 2023. Daartegenover hebben door wijzigingen in de waardering van ruilgronden na de slotwijziging 2023 nog significante afwaarderingen van gronden plaatsgevonden.
Lasten SPUK Landelijk Programma Natuur 15.898 V
De subsidieplafonds voor de openstellingen van de regelingen vanuit de specifieke uitkering (SPUK) voor het Landelijk Programma Natuur (LPN) voor natuurherstelmaatregelen en boscompensatie zijn goed benut.
Een deel van de aanvragen kon niet meer verwerkt worden in 2023 omdat ze aan het eind van het jaar zijn ingediend of aanvullende informatie nodig is voor de beoordeling. Vanuit het Rijk is eind 2023 bericht ontvangen dat de termijn om de verplichtingen voor de eerste tranche van LPN vast te leggen, is verruimd. Op dit moment liggen voor het grootste gedeelte van de middelen vanuit LPN verplichtingen vast. We schuiven de restantmiddelen door en gaan we in 2024 de laatste verplichtingen vastleggen voor de eerste tranche zodat alle middelen benut worden.
€ 4,4 mln. van de lagere lasten zijn ontstaan doordat de lastneming voor subsidies groter dan € 2,5 mln. wordt genomen op basis van opgaves van partners over de besteding. Doordat na de Slotwijziging 2023 voor een aantal subsidies nieuwe opgaves van de bestedingen zijn ontvangen, kon de raming voor 2023 hier niet op worden aangepast en zal de lastneming voor deze subsidies in 2024 en 2025 plaatsvinden.
Toegerekende organisatiekosten 727 V
De toegerekende organisatiekosten komen op basis van de gerealiseerde uren-inzet lager uit.
Overige: saldo van overige lagere en hogere lasten 98 N
4. Natuur en milieu - Afwijking baten (bedragen x € 1.000) 17.374 N
Baten Natuurcompensatiefonds 1.231 N
Doordat de lasten gedekt uit het provinciale natuurcompensatiefonds lager zijn uitgevallen, wordt aan de batenzijde een gelijk bedrag aan lagere baten uit het natuurcompensatiefonds gerealiseerd. De lagere lasten betreffen de € 1,0 mln. lagere lasten voor realisatie van bossen uit natuurcompensatiemiddelen door het GOB en € 0,2 mln. lagere lasten welke betrekking hadden op recropassage Poort van Pauwels.
Baten SPUK Landelijk Programma Natuur (LPN) 15.753 N
Doordat de lasten voor de specifieke uitkering (SPUK) voor LPN in 2023 lager zijn uitgevallen dan geraamd (zie toelichting bij lasten), wordt aan de batenzijde een gelijk bedrag aan lagere baten vanuit de specifieke uitkering gerealiseerd.
Baten Legesinkomsten Vergunningverlening, toezicht en handhaving 726 N
Als gevolg van de stikstofproblematiek zijn in 2023 minder vergunningaanvragen met betrekking tot met name de wet natuurbescherming ontvangen dan verwacht. Dit leidde tot minder inkomsten.
Overige: saldo van overige lagere en hogere baten 336 V