Programma 8 Basisinfrastructuur mobiliteit

We werken aan het meest betrouwbare, slimme, duurzame en veilige mobiliteitssysteem van Europa om Brabant aantrekkelijk, bereikbaar en concurrerend te houden.

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

De uitvoering van de basistaken mobiliteit staat onder druk.

Na de grote terugval tijdens de coronapandemie nemen de reizigersaantallen in het OV weer voorzichtig toe (nog steeds maar 78% t.o.v. 2019 pré-corona). Met de vervoerders zijn herijkingsafspraken gemaakt om het OV-aanbod in 2023 geleidelijk op te schalen. Door personeelstekorten bij de vervoerders is de ruimere dienstregeling, ondanks inspanningen van die vervoerders, niet haalbaar gebleken in 2023. 
Ook de financiële druk op de OV-concessies is verder toegenomen. De structurele doorwerking van de hoge indexatie, achterblijvende reizigersinkomsten en ontwikkelingen rondom de bekostiging van de Studenten OV-kaart werken hard door in de (structurele) kosten van het huidige OV-aanbod. Om het OV betaalbaar en toegankelijk te houden worden er structureel extra Rijksmiddelen ter beschikking gesteld (motie Bikker) en wordt in het kader van het bestuursakkoord afgezien van verdere stijgingen van de OV-tarieven van het busvervoer in Brabant.
Om de continuïteit van de concessies beter te kunnen waarborgen zijn ook investeringen in infrastructuur nodig o.a. vanwege netcongestie in relatie tot de duurzaamheidsambities. In 2023 is gestart met de realisatie van de toekomstvaste busremise Breda, wordt een perceel voor een remise in Roosendaal aangekocht en worden de mogelijkheden voor andere concessies verkend. 
Met deze basis is de nieuwe concessie voor West-Brabant gegund (start medio 2025) evenals de nieuwe contracten voor Flexvervoer (o.a. hubtaxi en haltetaxi). Daarmee krijgt de transitie naar gedeelde mobiliteit verder vorm en garanderen we de bereikbaarheid voor heel Brabant. 

Door stikstof en inperking NB-wetvergunningverlening is er sprake van vertraging of uitstel van reconstructies (zoals bijvoorbeeld N629) en zijn de gecombineerde onderhoudswerkzaamheden ook niet uitgevoerd. Hierdoor kon niet langer worden gegarandeerd dat er geen sprake is van achterstallig onderhoud. Het helpt enorm dat het uitgangspunt van werk-met-werk is losgelaten bij de herijking van KOPI en dat de meerjarige onderhoudsplanning weer leidend is. De wegvakken met potentieel achterstallig onderhoud zijn inzichtelijk en worden nu met prioriteit opgepakt. In de tussentijd zijn we extra alert op de noodzaak van aanvullend incidenteel onderhoud.
Daarnaast werken we aan de verbetering van de verkeersveilige inrichting van onze provinciale wegen. De focus van deze inzet lag in 2023 vanwege stikstof en de termijn van realisatie op kleinschalige verkeerskundige maatregelen (KVM), zoals het saneren van koude oversteken en het aanbrengen van midden- en bermgeleiding.

De onverminderde inzet op verkeersveiligheid blijft nodig, want er is sprake van een stijgende trend van het aantal verkeersslachtoffers. In 2023 is ingezet op o.a. educatie (Brabants Verkeersveiligheidslabel (BVL), Totally Traffic (TT) en TT-projects) en campagnes en voorlichting onder het motto ‘jouw actie telt’. 
Er is flink uitgebreid op de inzet van (innovatieve) handhavingsmiddelen zoals (flex-)flitsers, focusflitsers en MONO-cams en verkeerscontroles ‘ogen op de weg’ (vanuit een touringcar). 
De voorbereidingen voor een nieuw Brabants Verkeersveiligheidsplan (BVVP) 2024-2027 zijn gestart. De leidende principes zijn gereed en dienen als basis voor het gezamenlijk met de partners uitwerken van een concreet meerjarig uitvoeringsprogramma. 

Hebben we bereikt wat we wilden bereiken?

Terug naar navigatie - Hebben we bereikt wat we wilden bereiken?

We gaan voor een robuust en betrouwbaar mobiliteitssysteem.

Terug naar navigatie - We gaan voor een robuust en betrouwbaar mobiliteitssysteem.

Door zorgvuldig (functioneel) beheer en onderhoud dragen de rijks- en provinciale wegen maximaal bij aan een betrouwbaar mobiliteitssysteem, nu en in de toekomst. 

  • De ontwikkeling in de Indicator Provinciale Wegen (provinciale wegen): IPW >= vorig jaar. 
  • De ontwikkeling in de klantwaardering voor de Brabantse wegen via het WOW-onderzoek (provinciale wegen): WOW >= vorig jaar. 

Mate van tevredenheid onder Brabanders en Brabantse ondernemers over hun reistijd en de voorspelbaarheid van de reistijd. 

  • Ontwikkeling in waardering van het OV door reizigers: OV-klantenbarometer >= vorig jaar. 

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

Wat hebben we daarvoor bereikt?

We gaan voor veilige mobiliteit.

Terug naar navigatie - We gaan voor veilige mobiliteit.

In Brabant streven we naar nul verkeersslachtoffers. Elke verkeersslachtoffer is er één te veel. 

  • De ontwikkeling van het aantal dodelijke verkeersslachtoffers (Noord-Brabant & provinciale wegen): aantal dodelijke verkeersslachtoffers (conform CBS) < vorig jaar. 
  2020 2021 2022 2023
aantal 99 91 140 120
waarvan op provinciale wegen 16 12 15 ntb

In 2030 hebben we de helft minder verkeersongevallen dan in 2020. 

  • De ontwikkeling van het aantal ongevallen én het aantal slachtoffers met lichamelijk letsel (Noord-Brabant & provinciale wegen): aantal ongevallen met lichamelijk letsel. 
  2020 2021 2022* 2023
aantal ongevallen 1.686 1.749 2.010  
waarvan op provinciale wegen 109 91 94  
aantal slachtoffers 1.985 2.015 ntb  
waarvan op provinciale wegen 164 120 ntb  

*Cijfers zijn nog niet vrijgegeven door RWS.

De sociale veiligheid is in 2030 toegenomen ten opzichte van 2020. 

  • De ontwikkeling van de OV-klantbarometer onderdeel veiligheid: OV-klantbarometer onderdeel sociale veiligheid >= vorig jaar. 

Kwaliteit (indicator)

R

Kwaliteit (toelichting)

Wat hebben we daarvoor bereikt?

We gaan voor schone, stille en gezonde mobiliteit.

Terug naar navigatie - We gaan voor schone, stille en gezonde mobiliteit.

We gaan in Noord-Brabant uit van een ten minste 50% reductie van broeikasgassen (waaronder CO2) en ten minste 50% gebruik van duurzame energie. De uitstoot van overige emissies (NOx, fijnstof) is significant afgenomen in 2030. Op grond van het Schone Lucht Akkoord is het streven om in 2030 tot een reductie te komen van 50% van de negatieve gezondheidseffecten van verkeersemissies ten opzichte van 2016. 

  • Ontwikkeling emissie broeikasgassen vanuit mobiliteit uitgedrukt in CO2-equivalenten (in absolute aantallen in tonnen uitstoot) (Noord-Brabant): emissie < vorige jaar.  

We zorgen in Noord-Brabant dat de overlast van verkeer geminimaliseerd wordt door in te zetten op stille voertuigen en infrastructuur. 

  • Ontwikkeling aantal objectief geluidgehinderden waar de wettelijke geluidnormen worden overschreden (provinciale wegen): aantal < vorig jaar. 

 

Kwaliteit (indicator)

--

Kwaliteit (toelichting)

De CO2-emissie van het wegverkeer in Brabant is 15 kiloton (2022). De actualisatie zal plaatsvinden met de herijking van het verkeersmodel BBMA in de loop van 2024.  
Het aantal te saneren woningen (stand 2021) is 5.048, een afname van 559 ten opzicht van 2020. De indicator is afkomstig uit het actieplan Geluid 2018-2023. Herijking zal plaatsvinden in het kader van de invoering van de Omgevingswet.

Wat hebben we daarvoor bereikt?

Inzet verbonden partijen

Terug naar navigatie - Inzet verbonden partijen

Voor het realiseren van de doelstellingen uit dit begrotingsprogramma worden onderstaande verbonden partijen ingezet:
•    Gemeenschappelijke regeling ‘Kleinschalig Collectief Vervoer Noordoost Brabant’
•    Eindhoven Airport
Nadere informatie over verbonden partijen staat in de paragraaf Verbonden partijen.

Heeft het gekost wat het mocht kosten?

Terug naar navigatie - Heeft het gekost wat het mocht kosten?
Bedragen x € 1.000 Begroting 2023 Begroting 2023 Jaarrekening 2023 Verschil begroting -
oorspronkelijk na wijziging realisatie realisatie
Lasten
Programmalasten 172.895 N 219.521 N 164.634 N 54.887 V
Toegerekende organisatiekosten 12.477 N 14.757 N 17.752 N 2.995 N
Totaal Lasten 185.372 N 234.278 N 182.386 N 51.892 V
Baten
Programmabaten 4.465 V 7.600 V 3.565 V 4.034 N
Bijdrage in toegerekende organisatiekosten 0 0 610 V 610 V
Totaal Baten 4.465 V 7.600 V 4.175 V 3.425 N
Saldo van baten en lasten 180.907 N 226.678 N 178.210 N 48.468 V

Toelichting verschil begroting – realisatie

Terug naar navigatie - Toelichting verschil begroting – realisatie
8. Basisinfrastructuur mobiliteit - Afwijking lasten (bedragen x € 1.000) 51.892 V
Algemeen
Het begrotingsprogramma 08 Basisinfrastructuur Mobiliteit is opgebouwd uit een aantal (wettelijke) basistaken. Voor een goede borging van deze basistaken zijn de middelen op basis van vastgesteld beleid structureel en autonoom op de meerjarige begroting geraamd:
• Algemeen: € 0,4 mln., waarvan € 0,3 mln. structureel
• Data: € 6,1 mln., waarvan € 2,2 mln. structureel
• Verkeersveiligheid: € 1,1 mln. structureel
• Beheer en onderhoud: € 12,5 mln. structureel*
• OV: € 97,0 mln. structureel
Daarnaast is er voor de doorontwikkeling van het huidige OV en de transitie naar gedeelde mobiliteit in 2022 € 2,8 mln. op de begroting geraamd, gedekt door een reserve.
* Plus € 29,4 mln. structureel investeringskrediet per jaar voor groot onderhoud en vervanging. De jaarlijkse investeringsuitgaven worden op basis van wet- en regelgeving geactiveerd en vervolgens afgeschreven. De jaarlijkse afschrijvingslasten worden gedekt via een specifiek hiervoor ingestelde egalisatiereserve. De structurele toevoeging aan de reserve komt ten laste van de exploitatiebegroting en wordt conform bestaand provinciaal indexatiebeleid jaarlijks geïndexeerd. De realisatie van de programmalasten van 8. Basisinfrastructuur mobiliteit komt uit op € 164,6 mln. t.o.v. een begroting van € 219,5 mln. Een onderschrijding van de lasten van € 54,9 mln. (75,0% realisatie). Zonder een administratieve correctie voor de afschrijvingslasten voor de N69 komt de realisatie uit op € 210,7 mln. (96,0% realisatie).
Afschrijvingslasten N69 46.074 V
In opdracht van de accountant is de boekwaarde N69 gecorrigeerd, omdat op de investering in de N69 waarvoor een Rijksbijdrage is ontvangen niet mag worden afgeschreven. De afwaardering verloopt niet via de exploitatie, maar is rechtstreeks gecorrigeerd op de boekwaarde per 1 januari 2023. Een gelijke onderschrijding op de baten zit in programma 09.
Beschikbaarheidsvergoeding BVOV 4.570 V
Een aanzienlijk deel van de onderschrijding van de programmalasten wordt veroorzaakt door de terugbetaling van rijksmiddelen i.h.k.v. de regeling Beschikbaarheidsvergoeding OV (BVOV). Bij deze regeling worden rijksmiddelen 1 op 1 doorgezet naar de vervoerders om de gevolgen van corona op het OV te beperken. Alleen onder strikte voorwaarden kunnen vervoerders hiervan gebruik maken. Voor een tweetal concessies was al afgezien van het gebruik van de regeling. De BVOV aan de laatste concessie is juist voor het einde van het jaar lager vastgesteld. Hiertegenover staan ook lagere baten voor eenzelfde bedrag.
OV-concessies 2023 2.530 V
De realisatie van de contracten voor de drie OV-concessies is met € 94,9 mln. lager uitgekomen t.o.v. de begroting van 97,4 mln. (97,4%). Dit komt met name doordat de indexatie op de contracten (actuele LBI-index o.b.v. landelijke afspraken) is afgevlakt.
Motie OV en stakingsgelden 1.318 V
Op basis van de herijkingsafspraken zou de dienstregeling in het OV vanaf september geleidelijk opgeschaald worden met o.a. de middelen van de moties OV. Door personeelstekorten bij de vervoerders is opschaling niet haalbaar gebleken en zijn de middelen niet tot besteding gekomen.
OV-concessies 2022 1.205 V
De exploitatiesubsidies voor de OV-concessies 2022 zijn in 2023 definitief vastgesteld. Door de personeelstekorten zijn er minder ritten gereden dan afgesproken. De verwijtbare rituitval wordt in mindering gebracht bij de vervoerders.
OV-ontwikkeling 437 V
Van de middelen beschikbaar voor de doorontwikkeling van het OV binnen de concessies én via pilots en experimenten is minder besteed. Doordat het OV onder zware druk staat, is het ook lastiger om pilots en experimenten van de grond te krijgen.
Onderhoudsbegroting 1.632 N
Op de onderhoudsbegroting provinciale wegen van € 17,1 mln. (t.b.v. het dagelijks beheer en onderhoud) is € 1,6 mln. (9,5%) overschreden. Dat komt met name door hogere kosten elektriciteit door de vertraging in de verledding van de openbare verlichting en verkeerslichten op en langs provinciale wegen en extra maatregelen van incidenteel onderhoud door uitstel van onderhoudsmaatregelen gekoppeld aan reconstructies.
Verkeersveiligheid 247 V
Van de middelen beschikbaar voor de uitvoering van het Brabants Verkeersveiligheidsplan (BVVP) is minder besteed dan beschikbaar op de meerjarige begroting. Vanwege tekort aan capaciteit is het lastig gebleken alle middelen via opdrachten voor campagnes weg te zetten.
Toegerekende organisatiekosten 2.995 N
De toegerekende organisatiekosten komen op basis van de gerealiseerde uren-inzet hoger uit.
Overige: saldo van overige lagere en hogere lasten 138 V
8. Basisinfrastructuur mobiliteit - Afwijking baten (bedragen x € 1.000) 3.425 N
Algemeen
De programmabaten zijn € 4,0 mln. lager dan begroot (46,9%). Het belangrijkste deel van deze onderschrijding staat direct tegenover de onderschrijding op de programmalasten.
Beschikbaarheidsvergoeding OV 4.570 N
Een merendeel van de onderschrijding van de programmabaten wordt veroorzaakt door de terugbetaling van rijksmiddelen i.h.k.v. de regeling Beschikbaarheidsvergoeding OV (BVOV). Hiertegenover staat ook een onderschrijding van de programmalasten voor eenzelfde bedrag.
Partnerbijdrage project verplaatsingsdata 200 V
Voor een project i.h.k.v. de krachtenbundeling Smart Mobility Zuid-Nederland is een partnerbijdrage ontvangen. Deze bijdrage was niet op de begroting geraamd.
Bijdrage in toegerekende organisatiekosten 610 V
De bijdrage in toegerekende organisatiekosten komt hoger uit.
Overige: saldo van overige lagere en hogere baten 336 V