Programma 8 Basisinfrastructuur mobiliteit

We werken aan het meest betrouwbare, slimme, duurzame en veilige mobiliteitssysteem van Europa om Brabant aantrekkelijk, bereikbaar en concurrerend te houden.

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

We gaan voor een veilig, samenhangend, robuust, betrouwbaar, schoon, stil en gezond mobiliteitssysteem. Daarom zorgen we vanuit onze wettelijke verantwoordelijkheden voor een goede basis voor de mobiliteit in Brabant met een stevig netwerk van provinciale wegen, fietspaden en openbaar vervoer (OV). In het beleidskader Mobiliteit: Koers 2030 is het mobiliteitsbeleid voor de komende jaren uitgestippeld. De ambities hieruit zijn opgenomen in deze begroting. We staan voor grote uitdagingen in de uitvoering om Brabant nu én in de toekomst bereikbaar te houden. 

De financiën van het OV in Brabant staan onder druk door de hoge verplichte indexatie van de lopende concessies, lagere reizigersopbrengsten door achterblijvend herstel van de reizigers en ontwikkelingen rondom de studentvergoedingen (SOV). Ook beïnvloedt dit de keuzes bij aanbestedingen van nieuwe concessies. Uitgangspunt op basis van de vastgestelde OV-visie 'Gedeelde mobiliteit is maatwerk' is minimaal een gelijkwaardig OV-aanbod. In 2024 wordt de nieuwe concessie West-Brabant geïmplementeerd (start medio 2025) en de aanbesteding Oost gestart. De huidige concessie Oost is met 2 jaar verlengd via een noodconcessie in verband met landelijke afspraken over een spreiding van de aanbestedingen. Voor het borgen van de continuïteit en het realiseren van de duurzaamheidsambities lijkt het steeds noodzakelijker om bij geschikte kansen een nadrukkelijkere rol te nemen in de concessies, zoals in remises (in navolging van Breda) en de financiering van materieel.   

De OV-visie gaat uit van een vraaggericht OV: een passend aanbod met veel OV op plaatsen en momenten dat er vraag is en maatwerkoplossing (transitie gedeelde mobiliteit) als er minder vraag is. Zo houden we het OV betaalbaar en daarmee voor zoveel mogelijk reizigers beschikbaar. Tijdens en na de corona-pandemie is het OV gericht afgeschaald. De reizigersaantallen zijn nog altijd niet terug op niveau en opschalen is eerder nog niet direct aan de orde geweest. In de transitieplannen zijn afspraken gemaakt over opschaling bij toenemende reizigersaantallen. In 2024 zetten we in op het geleidelijk verder opschalen van de dienstregeling met hulp van de middelen motie 120. Personeelstekorten bij de vervoerders maakt opschalen op een betrouwbare én bestendige manier nog wel een uitdaging en is de kans groot dat, zeker in het begin van 2024, er nog altijd sprake is van een beperktere dienstregeling. Een betrouwbare dienstregeling is voor ons randvoorwaardelijk. 

De uitvoering van de onderhoudstaak op provinciale wegen ondervindt veel hinder van het stilvallen of stopzetten van reconstructies door de stikstofproblematiek en het tijdelijk pauzeren van de vergunningverlening in Brabant. Daarom is bij de herijking van KOPI in 2022 het uitgangspunt van ‘werk-met-werk’ losgelaten. Doordat ook de gecombineerde onderhoudswerkzaamheden steeds zijn uitgesteld, kan niet langer gegarandeerd worden dat er geen sprake is van achterstallig onderhoud. Het onderhoud van deze wegvakken (bijvoorbeeld N629) worden in 2024 met prioriteit opgestart met focus op verkeersveiligheid en beschikbaarheid (robuust en betrouwbaar). 

Door dit extra benodigde onderhoud, de beperking van de aard van de onderhoudswerkzaamheden door landelijke richtlijnen, aanvullende inzet van elektrisch materieel en prijsstijgingen neemt de druk op de onderhoudsbegroting toe. Via gebiedsgerichte contracten voor groot onderhoud hopen we een efficiencyslag te kunnen realiseren. 

De ontwikkeling van het aantal verkeersgewonden in Brabant laat een zorgwekkende trendzorgwekkende trend zien. Hoge inzet op het verbeteren van de verkeersveiligheid blijft daarom prioriteit. Dat doen we aan de hand van het in 2023 vastgesteld BVVP. 

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

We gaan voor een robuust en betrouwbaar mobiliteitssysteem.

Terug naar navigatie - We gaan voor een robuust en betrouwbaar mobiliteitssysteem.

Door zorgvuldig (functioneel) beheer en onderhoud dragen de rijks- en provinciale wegen maximaal bij aan een betrouwbaar mobiliteitssysteem, nu en in de toekomst. 

  • De ontwikkeling in de Indicator Provinciale Wegen (provinciale wegen): IPW >= vorig jaar. 
  • De ontwikkeling in de klantwaardering voor de Brabantse wegen via het WOW-onderzoek (provinciale wegen): WOW >= vorig jaar. 

Mate van tevredenheid onder Brabanders en Brabantse ondernemers over hun reistijd en de voorspelbaarheid van de reistijd. 

  • Ontwikkeling in waardering van het OV door reizigers: OV-klantenbarometer >= vorig jaar. 

Wat gaan we daarvoor doen?

We gaan voor veilige mobiliteit.

Terug naar navigatie - We gaan voor veilige mobiliteit.

n Brabant streven we naar nul verkeersslachtoffers. Elke verkeersslachtoffer is er één te veel. 

  • De ontwikkeling van het aantal dodelijke verkeersslachtoffers (Noord-Brabant & provinciale wegen): aantal dodelijke verkeersslachtoffers (conform CBS) < vorig jaar. 
  2020 2021 2022 2023 2024
Aantal dodelijke verkeersslachtoffers 99 91 140 ntb  
waarvan op provinciale wegen 16 12 15 ntb  

In 2030 hebben we de helft minder verkeersongevallen dan in 2020. 

  • De ontwikkeling van het aantal slachtoffers met lichamelijk letsel (Noord-Brabant & provinciale wegen): aantal ongevallen met lichamelijk letsel. 
  2020 2021 2022 2023 2024
Aantal slachtoffers 1.985 2.015 ntb ntb  
waarvan op provinciale wegen 164 120 ntb ntb  

De sociale veiligheid is in 2030 toegenomen ten opzichte van 2020. 

  • De ontwikkeling van de OV-klantbarometer onderdeel veiligheid: OV-klantbarometer onderdeel sociale veiligheid >= vorig jaar. 

Wat gaan we daarvoor doen?

We gaan voor schone, stille en gezonde mobiliteit.

Terug naar navigatie - We gaan voor schone, stille en gezonde mobiliteit.

We gaan in Noord-Brabant uit van een ten minste 50% reductie van broeikasgassen (waaronder CO2) en ten minste 50% gebruik van duurzame energie.

  • Ontwikkeling emissie broeikasgassen vanuit mobiliteit uitgedrukt in CO2-equivalenten (in absolute aantallen in tonnen uitstoot) (Noord-Brabant): emissie < vorig jaar.  

De uitstoot van overige emissies (NOx, fijnstof) is significant afgenomen in 2030. Op grond van het Schone Lucht Akkoord is het streven om in 2030 tot een reductie te komen van 50% van de negatieve gezondheidseffecten van verkeersemissies ten opzichte van 2016. 

  • Ontwikkeling concentratie NOx en fijnstof emissies in de lucht: emissie < vorig jaar . 

Wat gaan we daarvoor doen?

Inzet verbonden partijen

Terug naar navigatie - Inzet verbonden partijen

Voor het realiseren van de doelstellingen uit dit begrotingsprogramma worden onderstaande verbonden partijen ingezet: 

  • Gemeenschappelijke regeling ‘Kleinschalig Collectief Vervoer Noordoost Brabant’
  • Eindhoven Airport 

Nadere informatie over verbonden partijen staat in de paragraaf Verbonden partijen. 

Ontwikkelingen en onzekerheden

Terug naar navigatie - Ontwikkelingen en onzekerheden
  • De (structurele) doorwerking van hoge indexatie van OV-concessies en ontwikkelingen rondom Studenten OV-kaart (SOV) kunnen invloed hebben op de financiën van het OV.
  • Krapte op de arbeidsmarkt voor de vervoerders kan invloed hebben op de dienstregeling in het OV. 
  • Ontwikkelingen in wet- en regelgeving stikstof en vergunningverlening hebben invloed op de uitvoering en kosten van (onderhouds)projecten. Dat er geen sprake is van achterstallig onderhoud op specifieke wegvakken, kan niet worden gegarandeerd.
  • Onzekerheid en vertraging in de doorlooptijden bij behandeling door de Raad van State heeft invloed op de haalbaarheid en zekerheid van de planningen van projecten,
  • De ontwikkeling van de situatie in Oekraïne geeft risico’s op prijsstijgingen en problemen met levering van materialen.
  • Netschaarste kan ervoor zorgen dat de ZE-ambities niet realiseerbaar zijn. 

Wat mag het kosten?

Terug naar navigatie - Wat mag het kosten?

Toelichting op de verschillen tussen begroting 2024 en begroting 2023 

Lasten 

Het begrotingsprogramma Basisinfrastructuur Mobiliteit is opgebouwd uit een aantal (wettelijke) basistaken. Voor een goede borging van deze basistaken zijn de middelen op basis van vastgesteld beleid structureel en autonoom op de meerjarige begroting geraamd. Ook worden de budgetten jaarlijks geïndexeerd conform het provinciaal indexatiebeleid. De onderdelen zijn: 

  • Algemeen: € 0,7 mln., waarvan € 0,3 mln. structureel
  • Data: € 6,8 mln., waarvan € 2,3 mln. structureel 
  • Verkeersveiligheid: € 2,4 mln., waarvan € 1,1 mln. structureel
  • Beheer en onderhoud: € 12,5 mln. structureel*
  • OV: € 97,0 mln. structureel 

* Plus € 29,4 mln. structureel investeringskrediet per jaar voor groot onderhoud en vervanging. Vanwege indexatie is het oorspronkelijke investeringskrediet van € 26 mln. in de afgelopen bestuursperiode structureel verhoogd met € 3,4 mln. per jaar. De jaarlijkse investeringsuitgaven worden op basis van wet- en regelgeving geactiveerd en vervolgens afgeschreven. De berekende afschrijvingslasten komen op basis van de investeringsplanning ten laste van de exploitatiebegroting. De afschrijvingslasten zijn met ingang van 2022 ondergebracht in een hiervoor bestemde egalisatiereserve. De toevoeging aan de egalisatiereserve loopt vanaf 2024 mee in het provinciaal indexatiebeleid en daarmee is de indexatie van het structurele investeringskrediet geborgd.    

Daarnaast is er voor de doorontwikkeling van het huidige OV en de transitie naar gedeelde mobiliteit in 2024 € 8,6 mln. op de begroting geraamd, gedekt door een reserve. 

Het totaal van de programmakosten 08 in de begroting 2024 komt uit op € 176,6 mln. en is daarmee € 43,3 mln. lager dan in 2023. Dit is voornamelijk het gevolg van het feit dat in 2023 als gevolg van gewijzigde interpretatie van de wet- en regelgeving een gedeelte van de boekwaarde N69 versneld is afgeschreven (€ 46,1 mln. extra kapitaallasten in 2023). Daarnaast is het totaal van de onderhoudsbegroting provinciale wegen in 2024 € 4,0 mln. lager door extra incidentele onderhoudswerkzaamheden in 2023 door vertraging in projecten door stikstof en lagere kosten van elektriciteit in 2024 door de realisatie van het project vervangen openbare verlichting op en langs provinciale wegen door LED. Het totale budget voor OV is ongeveer € 4,0 mln. hoger in 2024 doordat middelen voor de doorontwikkeling van het OV zijn doorgeschoven.  

De financiële toelichting op de investeringskredieten wegen is opgenomen in de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen. 

Baten  

De geraamde inkomsten komen o.a. uit opbrengsten uit leges voor vergunningen en ontheffingen en bijdragen uit hoofde van schadevergoedingen provinciale infrastructuur en voor uitgevoerde werken voor derden zoals gladheidsbestrijding. De geraamde inkomsten voor programma 08 zijn in 2024 € 5,3 mln. en daarmee € 2,7 mln. lager dan in 2023 door € 0,7 mln. hogere schadevergoedingen in 2023, € 1,3 mln,. rijksbijdrage in 2023 vanwege de transitievergoeding OV en € 0,8 mln. partnerbijdragen in 2023 voor de krachtenbundeling Smart Mobility.

8. Basisinfrastructuur mobiliteit
Bedragen x € 1.000 Realisatie Begroting 2023 Begroting Begroting Begroting Begroting
2022 na wijz. 2024 2025 2026 2027
Lasten
Programmalasten 161.057 N 219.864 N 176.578 N 177.731 N 194.421 N 203.033 N
Toerekening organisatiekosten 17.499 N 14.739 N 12.531 N 12.251 N 12.251 N 12.251 N
Totaal Lasten 178.555 N 234.603 N 189.109 N 189.982 N 206.673 N 215.285 N
Baten
Programmabaten 2.264 V 8.008 V 5.260 V 2.849 V 2.849 V 2.849 V
Baten toerekening organisatiekosten 433 V 0 0 0 0 0
Totaal Baten 2.697 V 8.008 V 5.260 V 2.849 V 2.849 V 2.849 V
Saldo van baten en lasten 175.858 N 226.596 N 183.849 N 187.133 N 203.823 N 212.435 N
Onttrekking aan reserves 28.157 V 26.041 V 26.248 V 27.932 V 31.305 V 32.968 V
Bedragen x € 1.000 Realisatie Begroting 2023 Begroting Begroting Begroting Begroting
2022 na wijz. 2024 2025 2026 2027
Onttrekking aan reserve 28.157 V 26.041 V 26.248 V 27.932 V 31.305 V 32.968 V
Reserve DU; Verkeer en Vervoer / SIF 28.157 V 26.041 V 26.248 V 27.932 V 31.305 V 32.968 V
saldo per saldo per saldo per saldo per saldo per saldo per
(bedragen x € 1.000) 01-01-2023 31-12-2023 31-12-2024 31-12-2025 31-12-2026 31-12-2027
8. Basisinfrastructuur mobiliteit
Reserve DU; Verkeer en Vervoer / SIF 2.900 44.119 50.514 55.724 57.894 58.201
Eindtotaal 2.900 44.119 50.514 55.724 57.894 58.201