De klimaatverandering is steeds meer zichtbaar, en daarmee de grote opgaven waarvoor de samenleving staat om te komen tot een klimaatrobuust water- en bodemsysteem. De laatste jaren is Brabant geconfronteerd met extremen zoals droogte (leidend tot onder meer beregeningsverboden) en wateroverlast. De urgentie van de provinciale aanpak en uitvoering wordt hiermee nog verder onderstreept. In 2023 zijn de nieuwe KNMI-klimaatscenario’s verschenen, we onderzoeken of er aanpassing van het provinciale beleid hierop nodig is.
Het rijksbeleid verandert. De rijksoverheid trekt via het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) meer regie naar zich toe op het domein van natuur, water en bodem. Het behalen van water , bodem- en klimaatopgaven is integraal onderdeel van het NPLG, en wordt bezien in relatie tot andere doelstellingen, zoals natuurherstel, stikstofreductie en toekomstbestendige landbouw. Ook heeft het Rijk expliciet benoemd dat het water- en bodemsysteem sturend moet worden voor de ruimtelijke ordening. De provincie krijgt hierbij een belangrijke rol in de uitvoering en verankering van deze structurerende keuze in het ruimtelijk instrumentarium. Voor de provincie betekent dit enerzijds een ondersteuning van de lijn en inzet in het Regionaal Water en Bodem Programma 2022-2027 (RWP), anderzijds zal komende periode bezien moeten worden hoe het Rijk haar sturende rol vormgeeft en wat dat betekent voor een mogelijke bijstelling van het Brabantse water- en bodembeleid.
Betreffende hoogwaterveiligheid voor de Brabantse burgers, beoordelen we de impact van de strategische beleidskeuzes van het Rijk over rivierbodemligging en afvoercapaciteit in het kader van het Programma Integraal riviermanagement, de Beleidslijn Grote Rivieren, het al dan niet aanhouden en/of aanvullend aanwijzen van reserveringsgebieden waterveiligheid en tot slot de wettelijke waterveiligheidsnormering.
Naast het landelijk gebied vraagt ook het stedelijk gebied nadrukkelijk aandacht ten aanzien van klimaatadaptatie. Het gaat dan om wateroverlast en hitte-stress in het stedelijk gebied, woningbouwopgaven in relatie tot het water- en bodemsysteem en klimaatadaptatie op grote bedrijventerreinen. Waar traditioneel en wettelijk afgekaderd de provinciale rol vooral ligt in het landelijk gebied, is er een toenemende vraag naar bovenwettelijke participatie en medefinanciering door de provincie van de klimaatadaptieve inrichting van het stedelijk gebied (stad en bedrijventerreinen). We onderzoeken in hoeverre de provincie in de komende jaren deelneemt aan een vervolg van de lopende samenwerkingsovereenkomst Waterpoort 2020-2023.
Vanuit de provincie werken wij vanuit drie perspectieven aan een vitale bodem in Brabant: kennisontwikkeling vanuit o.a. BodemUp 2.0, precisielandbouw (zie programma 7 Landbouw en Voedsel) en bodemverontreiniging. Bodemverontreinigingen in zowel in de grond zelf als het grondwater - die een risico vormen voor mens, natuur of het grondwater (de zogenaamde spoedlocaties) - worden gesaneerd of beheerd. Wanneer er niemand meer aanspreekbaar is wordt de aanpak, vanuit de wettelijke taak Wet Bodembescherming en conform landelijke afspraken, uitgevoerd door de provincie met financiën vanuit het Rijk. De bodemsaneringsoperatie loopt zeker tot 2030. De natuurlijke waarde van de diepe ondergrond wordt beschermd en tegelijkertijd onderzoeken wij de benuttingsmogelijkheden voor maatschappelijke opgaven als de energietransitie.