Programma 2 Ruimte en wonen

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Zorgdragen voor een goede ruimtelijke ordening en omgevingskwaliteit is een belangrijke kerntaak van de provincie. Brabant verandert voortdurend en er liggen een complexe en dynamische opgaven in de leefomgeving. Nieuwe ontwikkelingen vragen ruimte, maar onze ruimte is schaars. De druk op de ruimte is groot en voelbaar: niet alles kan en zeker niet overal. De leefomgevingskwaliteit staat daarmee ook onder druk. Dit vraagt om een slimme aanpak van de opgaven én vooral om het maken van noodzakelijke keuzes om doelen en ambities van onze Brabantse Omgevingsvisie te verwezenlijken en hiermee de brede welvaart van alle Brabanders te verstevigen. 
Hiertoe zijn in 2023 het Beleidskader Leefomgeving (PS 77/22) en 2024 het Beleidskader Wonen en Werken (PS 20/23) vastgesteld. Op basis daarvan is de uitvoeringsagenda Wonen en Werken 2024-2027opgesteld (vaststelling najaar 2024), wat onze leidraad is voor deze bestuursperiode.

Komend jaar gaan we verder met de uitwerking van het ruimtelijk voorstel. Ook verwachten we dat voor Brabant belangrijke programma’s vanuit het Rijk zoals Nota Ruimte en Ruimte voor Defensie in 2025 tot besluitvorming komen. Deze programma’s hebben impact op, maar bieden ook kansen voor het realiseren van onze ruimtelijke opgaven. In de verdere uitwerking werken we nadrukkelijk samen met partners op verschillende schaalniveaus: gebiedsgericht, regionaal en met het Rijk. We nemen daarbij een zelfbewuste en actievere regierol om de uitdagende ruimtelijke vraagstukken aan te pakken. 

De opgave voor het realiseren van voldoende woningen blijft onverminderd groot. Ook in 2025 zetten we ons maximaal in om niet alleen de beoogde aantallen, maar ook gewenste doelstellingen op het gebied van betaalbaarheid en diversiteit passend bij de behoefte te realiseren. Zo gaan we verder met het ondersteunen van gemeenten via de regeling Versnelling Woningbouw en dragen we bij aan de realisatie van de Regionale Woondeals

Daarnaast zetten we onze aanpak Grote Oogst voort waarbij we werken aan het verduurzamen van onze bedrijventerreinen. Waar mogelijk verdiepen we de aanpak om nog meer impact te creëren. Ook onderzoeken we de mogelijkheid om meer terreinen mee te laten doen. Ook actualiseren we de regionale afspraken rondom bedrijventerreinen, waarbij het handelingsperspectief n.a.v. de door de provincie opgestelde Ruimtelijk Economische Verkenning richtinggevend is hiervoor. 

We staan de komende jaren voor grote verstedelijkingsopgaven. We richten ons daarbij, conform het beleidskader en bestuursakkoord, op de 12 grootste steden in Brabant. Na vaststellen van de uitvoeringsagenda Stedelijk Brabant staan de komende jaren in het teken van realisatie van deze agenda. Naast de grote lopende gebiedsontwikkeling in Eindhoven (Fellenoord), zetten we ook verdere stappen richting daadwerkelijk uitvoering bij gebiedsontwikkelingen zoals ’t Zoet in Breda (zie Statenmededeling). Maar ook bij middelgrote gemeenten zoals bijvoorbeeld Oss, Roosendaal en Bergen op Zoom verwachten we op basis van de ontwikkelde visies dat diverse gebiedsontwikkelingen in 2025 in de uitvoeringsfase komen.

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

Integraal werken aan het toekomstbestendig maken van het stedelijk netwerk

Terug naar navigatie - Integraal werken aan het toekomstbestendig maken van het stedelijk netwerk

Brabant heeft een aanzienlijke nieuwbouw- en transformatieopgave om sterke steden en vitale dorpen te houden en daarmee te werken aan het versterken en het toekomstbestendig maken van het stedelijk netwerk. Hierbij gaat het niet alleen om wonen en werken, maar ook om verstedelijking die bijdraagt aan de mobiliteitstransitie, de energietransitie, duurzaamheid en klimaatadaptatie. Tegelijkertijd is de verstedelijkingsopgave aanjager voor de aanpak van andere opgaven, zoals op het terrein van economie, arbeidsmarkt en brede welvaart, inclusief gezondheid, leefbaarheid en sociale veiligheid. Dit vraagt om integrale keuzes en een integrale aanpak.
Indicatoren: 
•    Kwalitatieve monitor, 1 keer per 2 jaar, 1e uit te voeren in 2024.
•    Kwalitatieve evaluatie, 1 keer per 2 jaar, 1e uit te voeren in 2025.

Wat gaan we daarvoor doen?

Verbeteren van omgevingskwaliteit

Terug naar navigatie - Verbeteren van omgevingskwaliteit

We dragen zorg voor een goede ruimtelijke ordening en omgevingskwaliteit. De basis daarvoor ligt in de Omgevingswet. De uitvoering van de omgevingswet en de bijbehorende instrumenten (Omgevingsvisie, omgevingsprogramma, projectbesluit en omgevingsverordening) dragen bij aan een gezonde fysieke leefomgeving in Brabant.

Indicatoren: 
•    Kwalitatieve evaluatie naar de doorontwikkeling van het ‘diep, rond en breed’ werken conform Beleidskader Leefomgeving, uit te voeren in 2027, met een tussentijdse evaluatie uit te voeren in 2025 
•    Gezondheid: in het programma Ruimte en Wonen zijn we onder andere actief met de verstedelijkingsopgaven en verduurzaming van de bedrijventerreinen. Hierin nemen we gezondheid bevorderende maatregelen zoals vergroening tegen hittestress. De activiteiten zijn verwerkt in het vast te stellen beleidskader leefomgeving.

Wat gaan we daarvoor doen?

Realiseren van voldoende woningen, die aansluiten op de vraag

Terug naar navigatie - Realiseren van voldoende woningen, die aansluiten op de vraag

We willen dat alle Brabanders prettig kunnen wonen, passend bij ieders woonbehoefte. Door de sterke bevolkings- en huishoudensgroei én om bestaande woningtekorten terug te dringen, is het nodig dat er de komende jaren heel stevig gebouwd wordt in Brabant. Met in het bijzonder aandacht voor betaalbare woningen. Daarnaast is er, gelet op de diversiteit in huishoudenstypen, sprake van een veranderende woonvraag waarvoor woningen nodig zijn die aansluiten bij de diverse woonbehoeften. 

Indicatoren:

•    Toename Brabantse woningvoorraad periode 2023- 2035:
Totaal toename: circa 165.000 / 13.500 per jaar
o    Waarvan sociale huurwoningen: circa 49.500 / 4.125 per jaar
o    Waarvan middeldure huur- én betaalbare koopwoningen: circa 60.500 / 5000 p/j
NB. De aantallen zijn gebaseerd op de (periodieke) prognoses en kunnen daarmee afwijken van de nieuwe afspraken, zoals in project Beethoven.
•    Zorgvuldige inpassing van nieuwe woonruimte: gemiddeld genomen wordt ca. tweederde van de jaarlijkse woningbouw (toevoeging aan de woningvoorraad) op binnenstedelijke locaties gerealiseerd. 

Wat gaan we daarvoor doen?

Zorgdragen voor duurzame en toekomstbestendige werklocaties in Brabant

Terug naar navigatie - Zorgdragen voor duurzame en toekomstbestendige werklocaties in Brabant

De Brabantse ambitie is om een vooraanstaande regio in Europa te zijn en te blijven op het gebied van kennis en innovatie. Hiervoor is een concurrerend en aantrekkelijk vestigingsklimaat voor Brabantse en (inter)nationale bedrijven nodig. Dit betekent dat er een kwalitatief divers aanbod van werklocaties nodig is en het vraagt tegelijkertijd om een prettige en gezonde leefomgeving om in te werken en wonen. Belangrijk onderdeel van het aanbod aan werklocaties zijn bedrijventerreinen en campussen. Deze typen werklocaties hebben een grote waarde voor de Brabantse economie, en daarmee voor het brede welzijn van honderdduizenden Brabanders. Daarnaast ligt er een grote opgave op bedrijventerreinen voor de verduurzaming en de energietransitie. Deze opgave geeft ook kansen. Bedrijventerreinen kunnen een substantiële bijdrage leveren aan de doelen op het gebied van energie, circulariteit, klimaatadaptatie, biodiversiteit en stikstof. Hier willen we als Brabant samen met onze partners stappen inzetten.

Indicatoren:
•    Ontwikkeling werklocaties. Oppervlakte harde en geprogrammeerde plancapaciteit voor nieuwe werklocaties, ten opzichte van de uitbreidings- en vervangingsvraag in het laagscenario tot en met 2030, streefwaarde 100% (2022: 93%). 
•    De voortgang van de verduurzaming van Grote Oogst terreinen. 
-    50% verduurzaming in 2030 op het gebied van energie- en materiaalgebruik op Grote Oogst terreinen.
-    Monitor > opleveren kwalitatieve en kwantitatieve monitor Grote Oogst.

Wat gaan we daarvoor doen?

Inzet verbonden partijen

Terug naar navigatie - Inzet verbonden partijen

Voor het realiseren van de doelstellingen uit dit begrotingsprogramma worden onderstaande verbonden partijen ingezet:
•    Ontwikkelingsmaatschappij Ruimte voor Ruimte
•    Brabantse Ontwikkel Maatschappij
Nadere informatie over verbonden partijen staat in de paragraaf Verbonden partijen.

Ontwikkelingen en onzekerheden

Terug naar navigatie - Ontwikkelingen en onzekerheden

Er is een nieuwe Wet Versterking Regie Volkshuisvesting in voorbereiding. De impact hiervan is bij het opstellen van de Begroting 2025 nog niet te bepalen en zal op een later moment duidelijk worden.

Verder worden veel prestaties geleverd in samenwerking met externe partners. Ook wordt steeds meer ‘van buiten naar binnen’ gewerkt: het initiatief van externe partners wordt gekoppeld aan de maatschappelijk opgaven van de Provincie. Dit biedt kansen, maar creëert in sommige gevallen ook afhankelijkheid als het gaat om het daadwerkelijk realiseren van prestaties. 

Stikstofreductie is een complex onderwerp, waar de ontwikkelingen elkaar snel opvolgen.  De uitwerking en de uitvoering van de maatregelen en instrumenten uit de BOS 2.0 is mede afhankelijk van beleid, besluitvorming en het beschikbaar stellen van middelen door het Rijk. ? 

Wat mag het kosten?

Terug naar navigatie - Wat mag het kosten?

Toelichting op de verschillen tussen de begroting 2025 en begroting 2024
Lasten 
Ontwikkelbedrijf
Betreft voor € 0,8 mln. lagere geraamde uitgaven voor verkenningenbudget dan in 2024. Mogelijk dat op basis van concrete besluiten de raming voor 2025 hoger wordt (tlv Reserve Verkenningen Ontwikkelbedrijf).

Werklocaties
De raming in 2024 is hoger vanwege de Rijksbijdrage van € 3,3 mln. voor verduurzaming bedrijfsmatig vastgoed.

Wonen
Betreft een nu nog lagere raming voor 2025 ten opzichte van 2024 van € 1,2 mln., aangezien de Rijksbijdrage 3e tranche Flexpool in november wordt verwacht en daarmee nog niet in de raming voor 2025 is opgenomen. 

Maatregel Gerichte Aankoop en beëindiging veehouderijen
Voor de maatregel Gerichte Aankoop en beëindiging veehouderijen (MGA1) is in 2025 € 7,2 mln. minder uitgaven geraamd, omdat MGA1 in 2025 in de afrondende fase zit.  

Aanpak Stikstof
Bij de perspectiefnota 2025 zijn extra middelen ter beschikking gesteld ten behoeve van de voorbereiding van BOS 2.0 en om een aantal gebiedsgerichte projecten uit het BOS 2.0 te bekostigen (€ 1,0 mln.).

Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat (GOL)
Voor GOL is in 2025 € 1,75 mln. geraamd (€ 1,5 mln. hoger dan in de bijgestelde begroting 2024). Voor dit project is het wachten op een definitieve uitspraak door de Raad van State. De uitspraak wordt verwacht voor het einde van 2024, zodat in 2025 de uitvoering van het project terug opgestart kan worden. Ondertussen worden al wel voorbereidende werkzaamheden verricht. 

Overig 
Betreft saldo van overige diverse lagere en hogere ramingen, per saldo € 0,3 mln. hogere lasten in 2025.

Baten 
Wonen en Werklocaties
Betreft hogere Rijksbijdrages in 2024 dan 2025 (€ 5,6 mln.) voor Werklocaties (€ 3,3 mln.) en Wonen (€ 2,3 mln.). 

Maatregel Gerichte Aankoop en beëindiging veehouderijen 
Voor de maatregel Gerichte Aankoop en beëindiging veehouderijen (MGA1) is in 2025 € 7,2 mln. minder baten vanuit de hiervoor beschikbare rijksmiddelen, omdat MGA1 in 2025 in de afrondende fase zit.  

SPUK Uitvoeringskosten NPLG 
Voor het jaar 2025 heeft het rijk nog geen beschikking verstrekt. Dit leidt tot € 0,9 mln. minder baten in 2025.

2. Ruimte en wonen
Bedragen x € 1.000 Realisatie Begroting 2024 Begroting 2024 Begroting Begroting Begroting Begroting
2023 oorspronkelijk na wijz. 2025 2026 2027 2028
Lasten
Programmalasten 24.206 N 74.299 N 22.756 N 12.902 N 23.226 N 17.876 N 4.143 N
Toerekening organisatiekosten 11.934 N 8.034 N 14.809 N 13.020 N 13.173 N 12.616 N 8.034 N
Totaal Lasten 36.140 N 82.333 N 37.565 N 25.922 N 36.398 N 30.492 N 12.177 N
Baten
Programmabaten 16.281 V 52.425 V 14.883 V 1.147 V 0 0 0
Baten toerekening organisatiekosten 242 V 0 0 0 0 0 0
Totaal Baten 16.522 V 52.425 V 14.883 V 1.147 V 0 0 0
Saldo van baten en lasten 19.618 N 29.908 N 22.682 N 24.775 N 36.398 N 30.492 N 12.177 N
Reservemutaties
Storting in reserves 19.007 N 3.092 N 17.185 N 2.136 N 2.136 N 2.136 N 2.136 N
Onttrekking aan reserves 11.561 V 3.725 V 17.208 V 2.072 V 2.089 V 2.072 V 2.072 V
Resultaat incl. reservemutaties 27.063 N 29.275 N 22.659 N 24.839 N 36.445 N 30.555 N 12.241 N
(bedragen x € 1.000) Realisatie jaarrekening 2023 Begr. 2024, na wijziging Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Storting in reserve 19.007 N 17.185 N 2.136 N 2.136 N 2.136 N 2.136 N
Reserve ontwikkelbedrijf 2.253 N 134 N 138 N 138 N 138 N 138 N
Reserve Werklocaties 2.904 N 2.958 N 1.998 N 1.998 N 1.998 N 1.998 N
Reserve Leefomgeving 13.850 N 14.092 N - - - -
Onttrekking aan reserve 11.561 V 17.208 V 2.072 V 2.089 V 2.072 V 2.072 V
Reserve ontwikkelbedrijf 4.734 V 1.499 V 134 V 150 V 134 V 134 V
Reserve Werklocaties 6.827 V 1.909 V 1.938 V 1.938 V 1.938 V 1.938 V
Reserve Leefomgeving - 13.800 V - - - -
Eindtotaal 7.446 N 23 V 64 N 47 N 64 N 64 N