Onderhoud kapitaalgoederen

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Om kapitaalvernietiging en/of onveilige situaties te voorkomen, moeten kapitaalgoederen worden onderhouden.
De Staten stellen voor de kapitaalgoederen die de provincie in eigendom heeft, het te handhaven kwaliteitsniveau en de bijbehorende budgetten, vast. In de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen beschrijven we de uitwerking van het vastgesteld beleid.

Onderhoud wegen

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

  

We gaan voor een robuust en betrouwbaar mobiliteitssysteem én veilige mobiliteit. Om dat te bereiken voert de provincie beheer en onderhoud uit op haar wegenareaal en zorgen we voor een goed functionerend provinciaal wegennet als onderdeel van het totale Brabantse wegennet vanuit de kernwaarden veiligheid, bereikbaarheid, leefbaarheid en duurzaamheid. 
De provincie houdt de provinciale wegen en fietspaden, bruggen en viaducten, bermen, groen, verkeers- en faunavoorzieningen in stand door:

  • het onderhouden en beheren van de objecten;
  • het waar mogelijk verbeteren van de verkeersveilige inrichting;
  • het oplossen van kleine verkeersknelpunten;
  • het op orde hebben en houden van mobiliteits- en verkeersdata.

De technische- en functionele kwaliteit van de provinciale infrastructuur wordt gewaarborgd door alle onderdelen en objecten van die infrastructuur op goede wijze in stand te houden via het dagelijks onderhoud (exploitatie), groot onderhoud en vervanging (investering).
Het dagelijks onderhoud wordt uitgevoerd door middel van meerjarige partnercontracten met aannemers. Deze contracten noemen we het onderhoudpartnercontract (OPC) en het elektronisch partnercontract (EPC), die in 2024 gegund zijn voor een periode van vier jaar met een optie voor het verlengen met nog eens vier jaar. 
Voor de gladheidsbestrijding beschikken we over materieel dat jaarlijks wordt onderhouden en/of vervangen. Voor een efficiënte uitvoering van de beheer- en onderhoudstaak beschikken we over vijf steunpunten verdeeld over Brabant, waarvan het meerendeel reeds gerenoveerd en verduurzaamd is.
We werken daarnaast samen met bijvoorbeeld Rijkswaterstaat op het gebied van calamiteiten- en gladheidsbestrijding.
 
Het provinciale (fiets-)wegennet bestaat uit:

hoofdrijbaan 550 km, waarvan 40 km 2x2
fietspaden 510 km
berm 1.100 hectare
bomen 55.000 stuks
kunstwerken 865 stuks
verkeersregelinstallatie 93 stuks, waarvan 52 I-VRI
lichtmasten en bewegwijzeringsmasten 9.895 stuks
dynamische verkeersmanagement systemen 29 stuks

De Kwaliteitsnota Onderhoud Provinciale Infrastructuur is herijkt (KOPI, 2022) en vastgesteld voor 2023-2027. In KOPI zijn de kaders voor aanleg en onderhoud van de provinciale wegenstructuur opgenomen. Tevens zijn hierin de kwaliteitseisen vastgelegd en zijn koppelkansen voor diverse thema’s beschreven. Door in de meerjaren onderhouds- en vervangingsplanning ook de feitelijke toestand buiten te betrekken wordt de kwaliteit van het wegennet in stand gehouden en achterstallig onderhoud voorkomen. 
Het uitgangspunt van ‘werk-met-werk’ is bij de herijking losgelaten en de meerjarige onderhoudsplanning is terug leidend. Door voortdurende uitstel en soms stopzetten van reconstructieprojecten vanwege de stikstofproblematiek liepen namelijk ook de gecombineerde onderhoudsprojecten steeds vaker vertraging op. Dat er geen sprake was van achterstallig onderhoud kon zo niet langer worden gegarandeerd. Op sommige wegvakken is hierdoor extra (vaak ook duurder) onderhoud nodig. Deze projecten zijn met prioriteit opgenomen in de meerjarige onderhoudsplanning. 
De financiële druk op de onderhoudsbegroting is de afgelopen jaren dusdanig toegenomen; een trend die zich ook de komende jaren zal doorzetten. Door de uitbreiding en de opwaardering van het provinciale netwerk in de afgelopen jaren is de (toekomstige) onderhoudsopgave toegenomen. Daarnaast leiden ook de recente prijsstijgingen en de extra inzet van elektrisch materieel tot toenemende druk op de onderhoudsbegroting. 
We onderzoeken naar innovatieve manieren van onderhoud, overdracht van wegen die niet primair tot het provinciale netwerk horen en gebiedsgerichte contractvormen. Door het groot onderhoud en vervanging van provinciale wegen onder te brengen in gebiedscontracten bij enkele aannemers in plaats van separate aanbestedingen per onderhoudsproject verwachten we het onderhoud in de nabije toekomst efficiënter te kunnen uitvoeren.

 

Wat mag het kosten?

Terug naar navigatie - Wat mag het kosten?

Onderhoud wegen

Bedragen x € 1.000

Realisatie 2023 Begroting 2024 na wijz.  Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Budget onderhoud wegen 18.763 12.973 13.267 13.601 13.303 13.303

 

De onderhoudsbegroting voor het beheer en onderhoud van de provinciale infrastructuur is onderdeel van het begrotingsprogramma 8 Basisinfrastructuur Mobiliteit.
Voor een goede borging van deze basistaak zijn exploitatiemiddelen op basis van het vastgestelde beleid KOPI structureel en autonoom op de meerjarige begroting geraamd (€ 13,3 mln.) en bestaan uit de volgende onderdelen:

  • Dagelijks beheer en onderhoud via contracten OPC, EPC en IPC
  • Gladheidsbestrijding
  • Calamiteitenbestrijding

De toename van de onderhoudsbegroting is vooral het gevolg van indexatie. Door het vervangen van openbare verlichting en installatie door LED op en langs provinciale wegen zullen de elektriciteitskosten vanaf 2025 afnemen.

Tegenover het uitgavenbudget van € 13,3 mln. staan geraamde inkomsten (€ 1,3 mln.) o.a. uit opbrengsten uit leges voor vergunningen en ontheffingen en bijdragen voor uitgevoerde werken voor derden zoals gladheidsbestrijding.

Investeringsschema 2024-2028

Bedragen in €1.000
  2024 2025 2026 2027 2028
Strategie en beleid          
N-261 985 0 3.100 0 0
Wegeninvesteringen 23.913 13.274 20.521 84.107 108.362
Steunpunten en districtskantoren 45 2.650 400 400 400
Materieel provinciale wegen 0 0 16 78 200
LED verlichting Wegeninvestering 3.496 2.416 0 0 0
Wegeninvesteringen 17.991 54.236 90.100 28.595 0
Wegeninvesteringen 0 9.374 0 0 0
Wegeninvesteringen 977 101.329 133.000 1.343 0
Wegeninvesteringen Busremise Breda (perceel) 1.550 0 0 0 0
Wegeninvesteringen Busremise Breda (Ontwikkeling) 10.941 20.000 0 0 0
De Mortel 0 0 0 0 0
Hub-Locaties 1.470 0 0 0 0
Subtotaal E&M 61.368 203.279 247.137 114.523 108.962

Daarnaast wordt door de Staten ieder jaar een structureel investeringskrediet van € 31,7 mln. (prijspeil 2025) gevoteerd voor groot onderhoud en vervanging. Op basis van wet- en regelgeving dienen de uitgaven voor groot onderhoud en vervanging op basis van het levensduurverlengende karakter te worden geactiveerd en afgeschreven (in 15 jaar). Voor het vergroten van de flexibiliteit en een betere borging van de toekomstige afschrijvingslasten is een egalisatiereserve ingesteld. De toevoeging aan de egalisatiereserve loopt mee in het provinciale indexatiebeleid en daarmee wordt het structurele investeringskrediet geïndexeerd voor reguliere prijsstijgingen. 
De investeringen worden vastgesteld via het meerjarige investeringsschema. Voor 2025 is € 13,3 mln. voor groot onderhoud en vervanging geraamd.
Voor het realiseren van extra ambities investeren we soms aanvullend in het provinciale wegennet of andere infrastructuur als onderdeel van programma 09 Mobiliteitsontwikkeling. In 2025 totaal ongeveer € 190,0 mln. Zo is er de realisatie van de busremise in Breda (€ 20 mln) en zijn er voor kleinschalige reconstructies van provinciale wegen (o.a. N270 Helmond – Walsberg, N270 Helmond – Well, N285 Noordelijke randweg Zevenbergen) investeringen geraamd. Tenslotte is er de grootschalige reconstructie van de N279 Veghel – Asten (€ 101,3 mln. Het nieuwe investeringsschema wordt door de Staten bij de begroting vastgesteld. De afschrijvingslasten worden gedekt door de reserve Verkeer & Vervoer en reserve Spaar- & Investeringsfonds (SIF).
Inzicht in de extra investeringen in het provinciale wegennet wordt gegeven via de Programmering Mobiliteit 2025-2044.

Onderhoud provinciale gebouwen en installaties

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

De provincie streeft naar een schone, open en transparante werkplek met een flexibele invulling. Het onderhoud van de provinciale gebouwen en installaties is erop gericht de bestaande voorzieningen op een doelmatige en veilige manier in stand te houden. Deze activiteiten gelden ook voor de ruimten die aan derden verhuurd worden.

 

Onderhoudsboek hoofdgebouw en onderhoudsboek nieuwbouw
In 2021 zijn de onderhoudsboeken geactualiseerd. Voor het opstellen van het onderhoudsplan is uitgegaan van conditiescore 3 op basis van NEN2767.
In het onderhoudsplan zijn zowel het jaarlijkse als meerjarig onderhoud opgenomen. Het jaarlijks onderhoud is nodig om de bedrijfszekerheid van de gebouwen en de installaties te waarborgen, de veiligheid te garanderen en de uitstraling van de gebouwen in stand te houden. De kosten voor dit onderhoud wordt in de jaarlijkse exploitatie opgenomen. Het meerjarig onderhoud heeft betrekking op het niet-reguliere en groot onderhoud aan gebouwen, installaties, apparatuur en inrichting. Voor de uitvoering van het meerjarig onderhoud vindt een jaarlijkse dotatie van ca € 1,4 mln. aan de voorziening onderhoud provinciehuis plaats. Bij het meerjarig onderhoud wordt waar mogelijk gezocht naar duurzame oplossingen. In 2024 is gestart met de maatregelen voor verduurzaming van het provinciehuis. Deze projecten zijn uitgewerkt naar aanleiding van de statenmededeling van november 2022. Een belangrijk deel van de uitvoering van deze maatregelen is gepland in 2025. Een deel van de realisatie hiervan is daarbij afhankelijk van de beschikbare netcapaciteit. 

 

Onderhoud museum
Het Noordbrabants Museum aan de Verwerstraat te ’s-Hertogenbosch is provinciaal eigendom. De provincie verhuurt ruimten in het complex aan de Stichting Beheer Museumkwartier, die deze ruimten weer onderverhuurt aan o.a. de Stichting Het Noordbrabants Museum en Stichting Erfgoed Brabant. Het provinciaal Depot Bodemvondsten is ook gevestigd op deze locatie. De beheersstichting coördineert tevens het groot onderhoud en de vervangingsinvesteringen op basis van een meerjaren-onderhoudsplan.

Wat mag het kosten?

Terug naar navigatie - Wat mag het kosten?
Onderhoud gebouwen Realisatie 2023 Begroting 2024 na wijz. Begroting 2025 Begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Bedragen x € 1.000            
Provinciehuis 1.275 1.312 1.352 1.352 1.352 1.352
Noordbrabants museum 444 709 797 797 797 572
Totaal  1.719 2.020 2.149 2.149 2.149 1.924

Onderhoud vaarwegen

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

De provincie Noord-Brabant is vaarwegbeheerder van de Dintel, de Mark, de Roode Vaart, het Mark-Vlietkanaal, de Steenbergsche en Roosendaalse Vliet en de Steenbergsche en Heense haven. Deze wateren zijn in eigendom van het waterschap Brabantse Delta. Het toekennen van de vaarwegfunctie door de provincie vraagt om een verdergaand beheer en onderhoud dan het kwantiteitsbeheer waarvoor het waterschap verantwoordelijk is. Daarom heeft de provincie het waterschap Brabantse Delta in medebewind opgeroepen voor de uitvoering van het vaarwegbeheer. Gedeputeerde Staten stellen de scheepvaartklassen vast welke bepalend zijn voor het onderhoudsniveau van de provinciale vaarwegen.
Provinciale Staten leggen deze vast in de Verordening water Noord-Brabant. De bepaling van de feitelijke diepte en het profiel van de vaarwegen wordt overgelaten aan het waterschap als integraal waterbeheerder. Middels een financiële verdeelsleutel dragen de provincie en het waterschap de kosten voor het kwantiteitsbeheer en het vaarwegbeheer naar evenredigheid.

De provincie voert zelf geen beleidsprestaties i.c. werkzaamheden uit aan de vaarwegen. De juridische basis van de medebewindstaak is geformaliseerd met een financiële overeenkomst tussen provincie Noord-Brabant en waterschap Brabantse Delta over het vaarwegbeheer, waarin de kosten van investeringen via een verdeelsleutel worden toebedeeld. Via onderhoudsprogramma’s voor baggeren, kunstwerken en bermbeheer worden de vaarwegen bevaarbaar gehouden.

Wat mag het kosten?

Terug naar navigatie - Wat mag het kosten?
Onderhoud vaarwegen Realisatie 2023 Begroting 2024 na wijz. Begroting 2025 begroting 2026 Begroting 2027 Begroting 2028
Bedragen x € 1.000            
Onderhoudsbijdrage aan waterschap 2.986 3.765 4.431 2.894 2.456 2.094

Bij de behandeling van de begroting 2019 hebben PS incidenteel € 6,6 mln. beschikbaar gesteld om de onderhoudsstaat van de provinciale vaarwegen in overeenstemming te brengen met de daarvoor geldende uitgangspunten. De uitvoerder van dit onderhoud, waterschap Brabantse Delta, heeft de onderhoudskosten gepland in 2023 t/m 2025.