Programma 4 Natuur en milieu

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

Natuur
Het programma ligt grotendeels op koers. In de afgelopen tijd is voortvarend doorgewerkt aan de realisatie van het Natuurnetwerk Brabant en het herstel van de N2000-gebieden.

Via Burap-I 2023 zijn de doelen en bijbehorende indicatoren voor Natuur zoals vastgesteld in het Beleidskader Natuur 2023-2030 verwerkt in de provinciale begroting. Omdat het Beleidskader Natuur is vastgesteld na verzending van de Begroting 2023 aan PS zijn de toelichtingen op de doelstellingen en prestaties voor Natuur terug te vinden in Burap-I 2023 in plaats van in de Begroting 2023.

In het kader van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) heeft het Rijk aan de provincies gevraagd om aan de slag te gaan met de uitwerking van de richtinggevende doelen op het gebied van natuur, water en klimaat en een provinciaal gebiedsprogramma op te stellen. 
In juli 2023 heeft de provincie Noord-Brabant een eerste pakket voor het BPLG (Brabants Programma Landelijk Gebied) aan het Rijk aangeboden. Het bevat de Houtskoolschets landelijk gebied én een pakket ‘no regret’-maatregelen waar de provincie op korte termijn mee aan de slag wil. De Houtskoolschets BPLG is een gecombineerde aanpak van natuur-, stikstof-, water- en klimaatdoelen én de transitie van de landbouw in Brabant. Een flink deel van het bestaande natuurbeleid is onderdeel van het BPLG, zoals Natura 2000 en het Natuurnetwerk. Aanvullend op het bestaande natuurbeleid is de opgave voor 30% natuurherstel volgens de Vogel- en Habitatrichtlijn (VHR), zoals beschreven in het NPLG. Er wordt gewerkt aan een uitvoeringsstrategie BPLG, die voortborduurt op de werkwijze van de groenblauwe gebiedsgerichte aanpak. Eind 2023 zal het voorontwerp BPLG worden vastgesteld, waarin de input van een nieuw bestuursakkoord en (landelijke) ontwikkelingen op het gebied van landbouw en stikstof zijn verwerkt.

De uitvoering van het natuurbeleid wordt voor wat betreft de gebiedsgerichte maatregelen meer in samenhang met andere opgaven (water, bodem, stikstof, klimaat, landbouw) opgepakt in de groenblauwe gebiedsgerichte aanpak. In circa 150 gebieden in Noord-Brabant wordt gewerkt aan de uitvoering van de groene en blauwe opgaven. In en rondom zeventien van deze gebieden komen veel opgaven nauw samen. Het gaat hier om veertien stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden en om drie gebieden met een grote klimaatopgave. U bent via twee Statenmededelingen geïnformeerd over de voortgang van de gebiedsprocessen groenblauwe gebiedsgerichte aanpak en de voortgang van het instrumentarium van de groenblauwe gebiedsgerichte aanpak

Uit de natuurdoelanalyses die voor vijftien Natura2000 gebieden zijn opgeleverd is gebleken dat in alle gebieden een of meerdere habitats/soorten vallen onder de categorie “nee, tenzij”. Dit betekent dat behoud op dit moment niet geborgd is en de instandhoudingsdoelstellingen buiten bereik zijn en aanvullende maatregelen genomen moeten worden om de instandhoudingsdoelstellingen op termijn te halen. Inmiddels zijn de natuurdoelanalyses van vier Brabantse gebieden beoordeeld door de Ecologische Autoriteit. Uit de adviezen blijkt dat de natuurdoelanalyses goed in elkaar zitten en de conclusies over de habitats/soorten worden gedeeld.

Vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH)

De Wnb-vergunningverlening voor aanvragen met extra stikstofeffecten is als gevolg van de staat van de natuur stil komen te liggen. Beleidsmatig wordt hard gewerkt om de instandhoudingsdoelen weer te bereiken. In samenwerking met de omgevingsdiensten is het handelingsperspectief voor toezicht en handhaving aangepast op de gevolgen van de natuurdoelanalyses voor de uitvoering. Deze ontwikkelingen blijven een grote mate van wendbaarheid, samenwerking en focus vragen in de komende periode voor de provincie en de omgevingsdiensten. 

Milieu 

Het Beleidskader Milieu 2023-2030 is vastgesteld, net als de Uitvoeringsagenda 2023. De Uitvoeringsagenda 2024-2027 wordt eind 2023 opgesteld. 

De eerste 5 projecten uit de Uitvoeringsagenda Schone Lucht Akkoord (SLA) zijn in uitvoering. De lopende projecten gaan over: 

  • emissieverlaging binnen het onderhoudscontract voor provinciale wegen,  
  • een pilot voor combiluchtwassers,  
  • aanleg van walstroom in de haven van Moerdijk,  
  • het faciliteren en stimuleren van gemeente bij toetreding of deelname aan het Schone Lucht Akkoord,  
  • een bijdrage voor twee roulerende meetpunten. Vanaf juli 2023 staan deze in de Gilze (gemeente Gilze en Rijen) en in Engelen (gemeente ‘s-Hertogenbosch).  

 

Het Project Grote Oogst (emissieverlaging op bedrijventerreinen) vervalt in het kader van Specifieke Uitkering (Spuk) SLA, omdat de opdracht niet uitgevoerd kon worden door het bureau wat ingehuurd was (mede vanwege de vertrouwelijkheid van benodigde data). We zijn nu zelf een traject gestart om meer inzicht te krijgen in stikstof data en uitstoot en vergunde ruimte. 

De interne uitvraag voor nieuwe SLA-projecten die in aanmerking komen voor een rijksbijdrage in 2023/2024 heeft geen nieuwe project aanvragen opgeleverd. De voorwaarden van de Spuk SLA regeling werken beperkend. Bijvoorbeeld de voorwaarden dat er geen andere subsidiëring mag zijn en dat projecten binnen 3 jaar na toekenning moeten zijn voltooid. Met het ministerie zijn de ervaringen besproken en is de laatste voorwaarde reeds versoepeld. 

Pre(geluid)sanering is nog niet van start kunnen gaan (o.a. door wederom uitstel Omgevingswet tot 1 januari 2024), maar is wel in voorbereiding. Eerste conceptsaneringsplannen zijn vrijwel gereed. 

 

 

 

Pijler Robuuste Natuur

Terug naar navigatie - Pijler Robuuste Natuur

De Brabantse natuur is adequaat beschermd tegen ongewenste ruimtelijke ingrepen. Ze is vitaal en van voldoende omvang om bestand te zijn tegen schommelende omgevingsinvloeden zoals weersextremen. De Brabantse natuurgebieden vormen een onderling aangesloten netwerk waardoor uitwisseling kan plaatsvinden. 

Pijler Brabant Natuurinclusief

Terug naar navigatie - Pijler Brabant Natuurinclusief

Natuur levert een bijdrage aan de welvaart en het welzijn van Brabant en de Brabanders. Andersom is natuur als vanzelfsprekend onderdeel van andere maatschappelijke, ruimtelijke en economische opgaven en verweven in alle maatschappelijke sectoren. 

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

Natuurnetwerk Brabant ingericht, verbonden en beheerd

Terug naar navigatie - Natuurnetwerk Brabant ingericht, verbonden en beheerd

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • In 2030 is het Natuurnetwerk Brabant ingericht, verbonden en beheerd 

Kwaliteit (indicator)

O

Kwaliteit (toelichting)

In 2027 hebben we zicht op het beschikbaar hebben van de meeste gronden voor het Natuurnetwerk Brabant (NNB), via verwerving of functieverandering. In het rijksdeel van het NNB wordt gestaag voortgang geboekt. In 2023 halen we waarschijnlijk de voor dit jaar beoogde omvang, maar het is nog onzeker of we de totale opgave van 6.500 hectare Rijks NNB eind 2027 halen. Partners geven opnieuw aan dat het beschikbaar krijgen van NNB-gronden op vrijwillige basis niet overal tot de gewenste resultaten zal leiden, zeker nu flexibel begrenzen niet meer mogelijk is. Door de bezuiniging op het programma Natuur en door prijsstijgingen bij het NNB hebben we voor een deel van de opgave (770 ha van de 9.600 ha) vooralsnog geen budgettaire dekking meer.
Er is veel progressie geboekt in de realisatie van het provinciaal NNB. Het bereiken van ons doel van 3.100 hectare provinciaal NNB komt in zicht. 
In 2030 is het netwerk volledig ingericht en worden de natuurgronden beheerd. Ook wordt het steeds meer duidelijk dat onze manifestpartners niet alle natuurgronden kunnen en willen beheren. Het vinden van voldoende andere eindbeheerders vraagt ook de komende jaren onze aandacht.

Wat gaan we daarvoor doen?

N2000-gebieden hersteld en versterkt

Terug naar navigatie - N2000-gebieden hersteld en versterkt

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • De kwaliteit en kwantiteit van de habitattypen en soorten uit de VHR mogen nooit achteruit gaan.  
  • In 2030 zijn in de N2000-gebieden de VHR-habitattypen en soorten verbeterd in oppervlakte en/of kwaliteit t.o.v. 2023 daar waar nodig volgens aanwijzingsbesluit. 

Kwaliteit (indicator)

O

Kwaliteit (toelichting)

Uit de natuurdoelanalyses blijkt dat het huidige maatregelenpakket (stikstofreductie en natuurherstel (o.a. hydrologische maatregelen)) niet voldoende is om voor alle habitats/soorten de instandhoudingsdoelen te behalen. Het behalen van de instandhoudingsdoelen is voor deze habitats/soorten momenteel buiten bereik. Er moeten aanvullende maatregelen worden genomen om de stikstofdepositie verder te reduceren en de natuur verder te versterken.

Wat gaan we daarvoor doen?

Bossen aangelegd en gerevitaliseerd

Terug naar navigatie - Bossen aangelegd en gerevitaliseerd

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • In 2030 is in Brabant 13.000 ha nieuw bos aangelegd t.o.v. 2020. 
  • In 2030 is ca. 20.000 ha bos op de zandgronden omgevormd naar vitaal bos (revitalisering van bestaande bossen) t.o.v. 2020. 

Kwaliteit (indicator)

O

Kwaliteit (toelichting)

Het betreft een forse ambitie met vooralsnog beperkte middelen. Onderdeel van de ambitie is om de benodigde middelen te vinden door o.a. medeondertekenaars van het klimaatakkoord op hun medeverantwoordelijkheid aan te spreken, actief te zoeken naar nationale middelen en Europese fondsen en door de ambitie mee te koppelen met andere opgaven zoals woningbouw, energietransitie en circulaire economie.

Wat gaan we daarvoor doen?

Biodiversiteit beschermd

Terug naar navigatie - Biodiversiteit beschermd

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • In 2030 is de stand van de populaties kwetsbare en bedreigde planten en dieren minimaal behouden t.o.v. 2022 

Kwaliteit (indicator)

O

Kwaliteit (toelichting)

De biodiversiteit staat onder druk, ook buiten de N2000-gebieden. Maatregelen zijn erop gericht om kwetsbare soorten te behouden, maar het resultaat daarvan is met name mede afhankelijk van de mate waarin de transities naar een duurzame landbouw en energievoorziening en naar een natuurinclusieve samenleving effect sorteren.  

Wat gaan we daarvoor doen?

Basisvoorwaarden op orde: lucht-, water- en bodemkwaliteit

Terug naar navigatie - Basisvoorwaarden op orde: lucht-, water- en bodemkwaliteit

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • In 2030 is de emissie en depositie van stikstof in Noord-Brabant afgenomen tot een niveau zoals in het kader van het NPLG tussen rijk en provincie is overeengekomen. 

Kwaliteit (indicator)

O

Kwaliteit (toelichting)

Op 26 januari jl. heeft het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu de nieuwe stikstofdepositiecijfers voor Natura 2000-gebieden gepubliceerd. Op basis van de nieuwe depositiecijfers kan voor gevoelige habitats in Brabantse Natura 2000-gebieden het volgende geconcludeerd worden. In 2020 werd van de ruim 12.000 hectare in de 17 Natura 2000-gebieden bij bijna 11.000 ha (ca 87%) de zogenoemde Kritische Depositiewaarde voor stikstof overschreden. De prognose voor 2030 is dat dit afneemt naar ca 9.000 ha (ca 73%). De prognose voor 2030 is gebaseerd op de ramingen van het Planbureau voor de Leefomgeving in het kader van de Klimaat- en energieverkenning. Daarmee zou het aandeel stikstofgevoelige Natura 2000 met een stikstofdepositie onder de Kritische Depositiewaarde toenemen van ca 13% naar ca 27%. In het najaar wordt Aerius geactualiseerd, dit zal consequenties hebben voor de cijfers. Het is echter op dit moment nog niet bekend in welke mate de cijfers wijzigen. Op het moment dat er nieuwe informatie beschikbaar is, zullen wij deze met uw Staten delen.

Wat gaan we daarvoor doen?

Natuur meewegen bij ruimtelijke en economische ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Natuur meewegen bij ruimtelijke en economische ontwikkelingen

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • In 2030 is er een gedeelde basis voor een 'Natuurinclusief Brabant' en zijn de 8 domeinen van natuurinclusieve samenleving uitgewerkt in specifieke plannen voor Brabant. 
  • In 2030 is er een positieve trend voor biodiversiteit in het stedelijk gebied.

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

Wat gaan we daarvoor doen?

Behoud, herstel en ontwikkeling van landschappen

Terug naar navigatie - Behoud, herstel en ontwikkeling van landschappen

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • In 2030 bestaat minimaal 10% van het landelijk gebied uit groenblauwe dooradering 

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

De hier gedefinieerde ambitie is opgenomen in het Beleidskader Natuur. In het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) wordt door het Rijk uitgegaan van 5% tot en met 2030, en 10% tot en met 2050. Dit wordt dan ook opgenomen in het op te stellen Brabants Programma Landelijk Gebied (BPLG). Het gaat om groene en blauwe verbindingen die uitwisseling en migratie van planten en dieren versterken. Wanneer het BPLG definitief wordt vastgesteld kan er (op zijn vroegst vanaf 2024) een beroep gedaan worden op het transitiefonds. Het Rijk zal een instrumentarium aanbieden. Landelijk wordt aan een systematiek gewerkt om deze indicator mee te bepalen en te kunnen volgen.

Wat gaan we daarvoor doen?

Meer groen in de directe omgeving

Terug naar navigatie - Meer groen in de directe omgeving

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • In 2030 is het aantal vierkante meters groen per gemeente in de bebouwde kom (met 5%) toegenomen ten opzichte van 2023. 

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

De uitwerking en uitvoering van de nieuwe pijler ‘Natuur voor en door Brabanders’ doen we samen met de Brabanders. Dit is een intensief proces. We schrijven dit niet voor, maar maken hierover procesafspraken met partijen. Wij zien het als onze rol om dit te gaan organiseren en stimuleren, en partijen daaraan te gaan verbinden om mee te doen.

Wat gaan we daarvoor doen?

Versterken van de beweging van vergroening

Terug naar navigatie - Versterken van de beweging van vergroening

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • Nog nader te bepalen 

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

Voor de versterking van de beweging van de vergroening zoeken we aansluiting bij de energie en wijsheid van de samenleving, waarbij de provincie initiatieven uit de samenleving aanjaagt en inspeelt op maatschappelijke ontwikkelingen. We zorgen dat de rol van vrijwilligers, intermediaire organisaties, jeugd, gemeentes en onderwijs is toegenomen, en een factor van belang is. We stimuleren initiatieven waarbij burgers georganiseerd natuur en landschap ontwikkelen, beschermen of beheren. Brabanders zijn meer natuurbewust.

Wat gaan we daarvoor doen?

Milieu. Continue verbetering van de luchtkwaliteit en vermindering van de geluid-, geur- en lichthinder

Terug naar navigatie - Milieu. Continue verbetering van de luchtkwaliteit en vermindering van de geluid-, geur- en lichthinder

Omschrijving (toelichting)

We werken eraan dat luchtkwaliteit, geluid-, en geur- en lichthinder geen overlast veroorzaken bij mens, flora en fauna. Een ongezond buitenmilieu veroorzaakt 3,5% van alle ziektelast in Nederland. De wettelijke milieunormen zorgen voor een bepaalde basiskwaliteit. We voldoen ten minste aan de wettelijke milieunormen maar dat betekent niet dat er geen gezondheidsschade of hinder is. Daarnaast is onze ambitie om de ernst en cumulatie van milieubelasting terug te dringen. Hiermee dragen we bij aan de ambities van de provincie om gezondheid, kwaliteit van leven en welzijn te beschermen en te bevorderen.  

Met het Schone Lucht Akkoord hebben we afgesproken dat we een passende bijdrage leveren aan de landelijke doelstelling van 50% gezondheidswinst uit binnenlandse bronnen in 2030 ten opzichte van 2016. 

Indicator:

  • In 2030 is de luchtkwaliteit verbeterd en de geluidsoverlast verminderd

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

Wat gaan we daarvoor doen?

Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH) leveren een bijdrage aan een gezonde fysieke leefomgeving en daarmee een bijdrage aan een goed werk- en leefklimaat.

Terug naar navigatie - Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH) leveren een bijdrage aan een gezonde fysieke leefomgeving en daarmee een bijdrage aan een goed werk- en leefklimaat.

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • De kwaliteit van de uitvoering van VTH voldoet aan de kaders van landelijke wetgeving;
  • Bij het opstellen van de provinciale beleidskaders en uitvoeringsagenda’s voor o.a. Natuur, Water, Milieu, Energie, Landbouw en Voedsel wordt bewust bezien of en hoe beschikbare VTH-instrumenten ingezet kunnen worden om een bijdrage te leveren aan het bereiken van een beleidsdoel.

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

Er zijn nadere stappen gezet in de voorbereiding van de Omgevingswet die op 1 januari 2024 inwerking treedt. Met ketenpartners zijn afspraken gemaakt over de bijbehorende werkprocessen en er hebben verschillende ketentesten met het DSO (Digitaal Stelsel Omgevingswet) plaatsgevonden om te borgen dat er straks goede aanvragen ingediend kunnen worden.  

Er zijn stappen gezet ten aanzien van de datagestuurde aanpak voor bepaling van het domein en een adequaat toezichtniveau Wet natuurbescherming (onderdeel Natura 2000-gebieden)  voor inrichtingsgebonden niet-veehouderijbedrijven. Dit als basis om te komen tot een adequaat toezichtsniveau en geactualiseerde programmering van het toezicht op dit thema.  

Het project afvalbranden is in maart 2023 gestart met een startbijeenkomst met de veiligheidsregio’s, omgevingsdiensten en provincie. De veiligheidsregio’s en omgevingsdiensten plannen samen de locatiebezoeken bij de 18 meest relevante bedrijven om te komen tot een vastgesteld brandpreventieplan per bedrijf. De thema's (potentieel) zeer zorgwekkende stoffen (ZZS) en Omgevingsveiligheid hebben een belangrijke rol in de nieuwe uitvoeringsagenda Milieu. De voorbereidingen worden getroffen om dit verder vorm te geven en verder te vertalen naar de VTH-uitvoering.  

Er is door de stuurgroep SSiB een nieuwe visie SSiB (Samen Sterk in Brabant) 2030 vastgesteld. In de Visie SSiB 2030 geeft de stuurgroep aan dat zij, ondanks dat er forse slagen zijn gemaakt, ook in de nabije toekomst nood ziet voor voldoende capaciteit voor toezicht en handhaving in het buitengebied. Speerpunten hierin blijven de aanpak van hardnekkige problemen zoals afvaldumpingen, wildcrossen en stroperij. Daarnaast zijn nieuwe uitdagingen zichtbaar zoals de gevolgen van de droogte en het illegaal wonen in tenten in natuurgebieden.  

Daarnaast kan het Interbestuurlijke Programma (IBP), voortkomend uit de commissie Van Aartsen over het VTH-stelsel, zijn doorwerking krijgen in de uitvoering van VTH in Brabant. Zo komen er onder meer criteria voor robuustheid van de omgevingsdiensten en handreikingen voor de opzet van visitaties, mandaten en de regionale plancyclus. Dit najaar wordt hier naar verwachting meer invulling aan gegeven vanuit het IBP.

Wat gaan we daarvoor doen?

Ontwikkelingen en onzekerheden

Terug naar navigatie - Ontwikkelingen en onzekerheden

Natuur

  • De kostenontwikkeling rond de uitvoering van de wet natuurbescherming en fauna gerelateerde zaken zoals schade-uitkeringen, schadepreventie, faunabeheer en bij de daarbij betrokken Faunabeheereenheid en BIJ12 nemen gestaag toe en de reserves nemen af. Als deze ontwikkeling zich doorzet, en dat is wel de verwachting, dan worden op termijn tekorten voorzien. 
  • De uitvoeringskosten voor de regeling Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer vallen mogelijk lager uit voor de provincie Noord-Brabant als in IPO-verband ingestemd wordt met een andere verdeelsleutel van deze kosten.
  • Voor het Landelijk Programma Natuur (LPN) wordt het subsidieplafond verhoogd om zo veel mogelijk aanvragen te kunnen beschikken dit jaar. Ook wordt een deel van het budget gereserveerd voor een begrotingssubsidie voor diverse projecten die niet onder de huidige regeling ingediend kunnen worden. Het is onzeker of al deze aanvragen dit jaar beschikt kunnen worden. De aanvraag voor de 2e tranche voor het Landelijk Programma Natuur voor de periode 2024-2030 wordt dit najaar bij het rijk ingediend. Het is nog onzeker of we de beschikking dit jaar ontvangen.
  • Voor meerdere subsidieregelingen is het lastig om de uitgaven precies te ramen. Verschillende regelingen verstrekken vrijwel alleen grote subsidies, waardoor het verlenen van een subsidie in het huidige of het volgende jaar groot verschil kan maken voor de realisatie. Andere regelingen ontvangen soms laat in het jaar grote aantallen aanvragen waardoor onzeker is of alle aanvragen voor subsidies dit jaar beschikt kunnen worden. Deze onzekerheden spelen bijvoorbeeld bij de Stimuleringsregeling Landschap of de Gebiedsimpuls N69. 
  • Het is onzeker of de afhandeling van motie 55a-2022 Zonder mobiliteit staat alles stil, voor het onderdeel Natuur (betreffende sterke kostenstijgingen bij project Leegveld, Peelvenen), nog in 2023 plaats kan vinden. Wanneer de afhandeling later plaatsvindt, zal worden voorgesteld de gereserveerde middelen over te hevelen naar 2024.
  • Vanuit de Specifieke uitkering Versnellingsvoorstellen transitie landelijk gebied zijn o.a. voor verdere kennisontwikkeling op het gebied van GGA en voor afwaardering van gebouwen middelen beschikbaar gesteld. Het is onzeker op welk niveau de realisatie voor de versnellingsvoorstellen dit jaar uit zal komen.
  • Door de manifestpartners worden begrotingssubsidies aangevraagd voor de capaciteitsinzet voor de realisatie van het natuurnetwerk voor de periode 2023-2027. Doordat er vertraging is bij het ondertekenen van de samenwerkingsovereenkomsten zijn ook de subsidies nog niet ingediend en is het onzeker of ze dit jaar nog beschikt worden.

VTH

  • De VTH-opdracht voor het begrotingsjaar 2024 aan de omgevingsdiensten wordt opgesteld aan de hand van nog te ontvangen input van de omgevingsdiensten. De verlening van de VTH-opdracht in het najaar kan leiden tot een aanpassing van de budgetramingen bij de slotwijziging.
  • Vele maatschappelijke ontwikkelingen treffen het uitvoeren van de vergunningverlening, handhaving en het toezicht. Er is sprake van toenemende complexiteit in de vergunningverlening als gevolg van gerechtelijke uitspraken, de dynamiek door de updates van Aerius, onderzoeken m.b.t. de werking van innovaties afhankelijkheid van derden en personele capaciteit bij de omgevingsdiensten. Dit leidt tot aanvullende opgaven voor VTH, zoals het omgaan met verzoeken tot handhaving en intrekking van vergunningen.

Financieel overzicht

Terug naar navigatie - Financieel overzicht
Bedragen x € 1.000
4. Natuur en milieu Begroting t/m wijz. 3 Wijziging 4 Begroting t/m wijz. 4
Lasten 264.788 -51.241 213.547
Baten 96.340 -28.789 67.551
Saldo baten en lasten 168.448 N 22.452 V 145.996 N