Deze Burap staat meer dan in de periodes hiervoor- in het teken van een veehouderijsector die momenteel en in de afgelopen periode een pas op de plaats maakt in afwachting van vooral landelijke besluitvorming. Ook voor de afgelopen periode gold dat vergunningverlening in de veehouderij niet mogelijk was, dat de Landelijke Beëindigingsregeling Veehouderij (LBV) en LBV+ (piekbelastingsregeling) nog niet duidelijk waren, dat er nog onduidelijkheid was over het wel of niet komen van een Landbouwakkoord.
Het maakt dat veehouders besluitvorming over de toekomst oprekken en uitstellen. Dat zien we in een aantal maatregelen en indicaties terug, zowel bij innovaties in stallen als ook bij het besluit om over te schakelen naar natuurinclusieve landbouw als ook bij de aanvragen VAB Impuls.
Inmiddels zijn de LBV en LBV+-regeling van start gegaan. Dit biedt voor de betreffende boeren duidelijkheid.
Tegelijkertijd worden er volop vorderingen gemaakt op allerlei andere terreinen waar de provincie een bevorderende rol heeft: van de Biodiversiteitsmonitor Melkveehouderij, de bedrijvigheid van (de verwerking van) nieuwe eiwitten, tot het opstarten van een groot project op het gebied van real time meten en monitoren, het geven van omschakeladviezen en inspiratiebedrijven biologische landbouw, innovaties samen met de Stuurgroep Landbouw Innovatie Brabant; maar ook met de Brabantbrede samenwerking op innovatie die we samen met onze partners als AgriFood Capital, Brainport, REWIN en de BOM vormgeven en op het gebied van onderwijs.
Daarnaast hebben we in deze periode vorm en inhoud gegeven aan een innovatie-samenwerking met 6 zandprovincies op het gebied van innovatieve stalsystemen, voer- en managementmaatregelen en mestbewerking en –toepassing.
We hebben in de afgelopen periode een provinciaal team ingericht dat veehouders gaat begeleiden die overwegen om mee te gaan doen met de LBV of LBV+.
In deze Burap hebben we besloten om de indicator: Areaal landbouwgrond (ha) met een positieve bijdrage aan de kwantiteit en kwaliteit van het water- en bodemsysteem te wijzigen.
Dit omdat we onze ambitie op een andere eenheid hebben geformuleerd (aantallen deelnemers) en wij op deze indicator geen invloed hebben. Veel maatregelen die bijdragen aan de water- en bodemkwaliteit zijn niet terug te rekenen naar hectares.