Programma 6 Energie

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

In het kader van de energietransitie werken we hard aan een energiezuinige samenleving met een duurzame energievoorziening om onze provincie leefbaar, aantrekkelijk en concurrerend te houden richting 2030 en 2050.  

Dat doen we op basis van de Energieagenda 2019-2030 en Uitvoeringsagenda Energie 2022-2023 ‘Urgent en Kansrijk’. De aanpak vanuit beide stukken is in lijn met de nationale insteek van de klimaat- en energieopgave, al is het ambitieniveau voor broeikasgasreductie nationaal inmiddels verhoogd: de beleidsinzet ligt op 60%, wettelijk wordt 55% verankerd.  

De urgentie en ambitie rond de energietransitie wordt steeds groter. Mede door de oorlog in de Oekraïne waardoor het gebruik van Russisch aardgas versneld is afgebouwd en waardoor onder andere de energieprijzen fors zijn gestegen. Tegelijkertijd is het nadrukkelijk ook een opgave waarvan de realisatie wordt belemmerd door zaken als de krappe arbeidsmarkt en de energie-infrastructuur.  

Onze samenwerking in de Brabantse Taskforce Transportschaarste als onderdeel van de Landelijke Aanpak Netschaarste (LAN) is gericht op het verminderen van de schaarste op het elektriciteitsnet. Met netbeheerders, gemeenten en het Rijk wordt gewerkt aan het zo snel mogelijk uitbreiden van het elektriciteitsnet en het optimaliseren van het gebruik van het net.  

Op basis van de eerste fase PMIEK, het Provinciaal Meerjarenprogramma Infrastructuur Energie en Klimaat, is eind juni het definitieve PMIEK aan de minister van EZK aangeboden. Het PMIEK is een instrument dat samenhangt met de nieuwe regierol van provincies op het gebied van de regionale energie-infrastructuur en waarin de relatie wordt gelegd tussen 1) verduurzaming van sectoren als industrie, mobiliteit en gebouwde omgeving, 2) ruimtelijke ontwikkelingen vanuit wonen, werken, mobiliteit en 3) de tijdige en daarop afgestemde ontwikkeling van een toekomstbestendig energiesysteem.  

De gemeenten zijn na vaststelling van de RE(K)S 1.0 voortvarend aan de slag gegaan met de realisatie van de RES’en. De netcongestie, waarmee Brabant sinds medio 2022 wordt geconfronteerd, heeft zijn weerslag op de realisatie van de RES. Op dit moment worden minder projecten opgestart dan een aantal jaar geleden. Zeker projecten waar grote aansluitingen noodzakelijk zijn, zoals windparken. Projecten die al gestart waren, worden doorgezet en inmiddels zijn er ook al partijen die projecten in gang zetten in de verwachting dat op het moment dat een project gerealiseerd is, er ook aansluiting op het elektriciteitsnet mogelijk is.  

Met de Lokale Energie Coöperaties (LEC’s) worden gesprekken gevoerd om te komen tot de oprichting van BODE. Met BODE beschikken de energiecoöperaties over mogelijkheden om individuele energiecoöperaties te ondersteunen bij concrete projectontwikkelingen. Hiermee zijn de energiecoöperaties in staat om daadwerkelijk handen en voeten te geven aan lokaal eigendom. Daarnaast geven we een vervolg aan het programma Sociale Innovatie Energietransitie (SIE). Inmiddels zijn 8 gemeenten geselecteerd die worden ondersteund in het opstellen van een wijkgerichte aanpak, waarbij bewoners/gebruikers betrokken worden. De wijken/gemeenten die zijn geselecteerd vormen een goede afspiegeling van de wijken binnen Brabant. 

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

Verduurzaming van de energieopwekking

Terug naar navigatie - Verduurzaming van de energieopwekking

Omschrijving (toelichting)

Indicator*:

  • Totale productie van hernieuwbare energie in petajoule (PJ) (BBV- verplichte indicator)
  • Opgave opwek hernieuwbare elektriciteit in de RES’en (6,5 TWh in 2030)


*zie programmeerdocument Energie voor inzicht in meerjarige ontwikkelingen

Kwaliteit (indicator)

G

Wat gaan we daarvoor doen?

Verminderen emissies broeikasgassen

Terug naar navigatie - Verminderen emissies broeikasgassen

Omschrijving (toelichting)

Indicatoren*:

  • (BBV-Verplichte indicator) Totale emissie broeikasgassen (uitgedrukt in CO2-equivalenten) in tonnen uitstoot (streefwaarde 2030 10.7 Mton)
  • Emissie gerelateerd aan energie: totale CO2- emissie in tonnen uitstoot (bron Klimaatmonitor) (streefwaarde 2030: 7,6 Mton)
  • Verbruikte energie totaal in PJ (bron: Klimaatmonitor) (streefwaarde 2030: 240 PJ)

*zie programmeerdocument Energie voor inzicht in meerjarige ontwikkelingen

Kwaliteit (indicator)

G

Wat gaan we daarvoor doen?

Bijdrage leveren aan een toekomstbestendige energie-infrastructuur

Terug naar navigatie - Bijdrage leveren aan een toekomstbestendige energie-infrastructuur

Omschrijving (toelichting)

Indicator:

  • Bijdragen aan de ontwikkeling van oplossingen voor opslag en conversie voor een haalbare en betaalbare energietransitie

Kwaliteit (indicator)

G

Wat gaan we daarvoor doen?

Ontwikkelingen en onzekerheden

Terug naar navigatie - Ontwikkelingen en onzekerheden

Afhankelijkheid vele partners/marktwerking 

De energietransitie biedt grote kansen, maar is tevens een complexe opgave, waarin op vele terreinen gelijktijdig verandering noodzakelijk is en waarvoor vele spelers nodig zijn. De vijf transitiepaden vragen allemaal, op zichzelf én in onderlinge samenhang, verandering van overheden, maatschappelijke instituties, bedrijven en inwoners. De provincie is slechts één van de vele noodzakelijke spelers en bovendien een speler met beperkte sturende mogelijkheden. Daarmee is onze invloed beperkt en is focus op samenwerking en rolneming belangrijk. We hebben weinig wettelijke taken op het gebied van de energietransitie, het grootste gedeelte van de opgave dient gerealiseerd te worden door andere partijen dan de provincie. Als provincie zijn we slechts één van de spelers die aan deze opgave werken. Samen met Europa, het Rijk, provincies, gemeentes, kennisinstellingen en het bedrijfsleven (MKB/bedrijfsleven) leveren we een bijdrage aan het genoemde resultaat. Nadere informatie over financiële risico’s en risicomanagement staat in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. 

Transportschaarste 

Als gevolg van de toenemende vraag naar elektriciteit en door het wijzigende aanbod (zowel wat betreft locatie als moment van levering (weersafhankelijk)), is uitbreiding en modernisering van het elektriciteitsnetwerk noodzakelijk. Dit kan echter niet van vandaag op morgen gerealiseerd worden. Opgave is dan ook om de beschikbare capaciteit zo goed mogelijk te gebruiken. Netuitbreidingen voor (grootschalige) vraag en/of duurzame opwek moeten worden geprioriteerd. Daarbij komt de complicatie dat een deel van de uitbreidingsprojecten stikstofruimte vraagt, ruimte die er niet of nauwelijks is 

  Intensivering klimaatbeleid 

Met de verhoogde ambities op Europees en nationaal niveau ligt het in de lijn der verwachting dat ook van de provincies een grotere bijdrage aan de klimaatopgave wordt gevraagd. Wij gaan ervan uit dat beleidsintensiveringen of extra taken die naar de provincie komen ook gepaard gaan met extra middelen vanuit het Rijk. 

Financieel overzicht

Terug naar navigatie - Financieel overzicht
Bedragen x € 1.000
6. Energie Begroting t/m wijz. 3 Wijziging 4 Begroting t/m wijz. 4
Lasten 15.159 495 15.654
Baten 798 337 1.136
Saldo baten en lasten 14.361 N 157 N 14.518 N