Bedrijfsvoering

De paragraaf bedrijfsvoering biedt inzicht in het beleid inzake bedrijfsvoering. Bedrijfsvoering bestaat uit de onderdelen personeel, informatisering, automatisering, communicatie, organisatie, financieel beheer en beleid en facilitaire dienstverlening. Een goede bedrijfsvoering draagt direct bij aan het realiseren van onze ambities uit de perspectiefnota. In deze paragraaf leest u hoe bedrijfsvoering in 2026 uitvoering geeft aan deze ambities. We hebben ons hierbij beperkt tot de belangrijkste thema's.

Om onze doelen als provincie te kunnen bereiken hebben we goede mensen nodig. De huidige arbeidsmarkt is gespannen, de uitdaging ligt in het binnen halen van de juiste talenten en expertise op het juiste moment. We zetten ons in om een moderne en aantrekkelijk werkgever te zijn en een goede balans te hebben tussen interne medewerkers en externe inhuur. Vanuit een visie op vitaliteit en duurzame inzetbaarheid zorgen we ervoor dat het verzuim onder medewerkers zo laag mogelijk blijft.

In 2026 blijven we de manier waarop we samenwerken en de samenhang tussen programma’s versterken. We werken aan heldere sturingslijnen, een uniforme rol van teamleider, duidelijke aanspreekpunten op de inhoud en dagelijkse werkzaamheden. Daarnaast werken we aan de versterking van het ambtelijk vakmanschap van onze medewerkers. We blijven daarbij sturen op een integrale aanpak van de opgaven met behulp van methodieken als Opgave gestuurd Programmeren en Gebiedsgericht Werken.

De Informatiesamenleving heeft steeds meer invloed op de manier waarop we samenwerken. Dat zien we terug in hoe manier we omgaan met datagedreven werken, de Wet Open Overheid (WOO) en ook in onze ICT-huishouding en data veiligheid. Om betere informatie uit onze (financiële) systemen te halen werken we aan de verdere verbetering van de processen, systemen en vaardigheden. We verkennen wat moderne technologieën als AI kunnen betekenen voor onze bedrijfsvoering.

Wat betreft duurzaamheid sluiten we aan bij de klimaatakkoord doelstellingen uit het bestuursakkoord. Verder zien we dat we door de veranderende samenleving geconfronteerd worden met geweld en agressie. Om te zorgen dat we onze publieke taken veilig kunnen blijven uitvoeren zullen we passende maatregelen nemen. Dreiging van (hybride) oorlogsvoering en een verhoogd risico op bijvoorbeeld stroomstoringen vragen om crisis- en continuïteitsplannen.

•    Arbeidsmarkt: In de huidige arbeidsmarkt blijft het uitdagend om telkens op het juiste moment de juiste talenten binnen te halen, binnen de geldende financiële en juridische kaders. Dit geldt ook voor het inhuren van specifieke kennis of tijdelijke expertise.
•    Effect van de energiemarkt en klimaatakkoord wetgeving op bedrijfsvoeringskosten: De energiemarkt blijft in beweging. Dit kan ook in de toekomst leiden tot kostenstijgingen die o.a. bij ons als afnemer in rekening worden gebracht.
•    Kostenstijgingen bij leveranciers blijven op een aantal vlakken hoger dan de indexering: De huidige economische situatie en ontwikkelingen in de wereld hebben tot gevolg dat we te maken hebben met prijsstijgingen, zowel voor diensten als voor materialen. De in de begroting opgenomen bedragen voor indexering lopen niet altijd gelijk op met de werkelijke indexeringen en prijsstijgingen die leveranciers hanteren.
•    (Geo)politieke ontwikkelingen. Deze zijn bijvoorbeeld van invloed op de positionering van de ‘Big Tech’ leveranciers en daarmee op de relatie die wij met ze (willen) hebben. Denk aan de vraag waar we onze data in de cloud wel en niet willen hebben staan. Deze ontwikkelingen kunnen leiden tot politieke keuzes ten aanzien van de randvoorwaarden voor onze digitale transformatie. Dit kan op termijn tot potentieel hogere kosten voor digitalisering leiden.

Bij het structurele investeringsbudget voor ICT en Automatisering is voor 2027 sprake van een hogere raming in verband met het vervangingsmoment voor de laptops van de medewerkers in 2027. Voor de verduurzaming van het provinciehuis is voor 2025 d.m.v. Statenvoorstel 14/25A (Burap-II 2025) € 3,775 ml. Investeringskrediet beschik gesteld t.b.v. Accupakket/energie-managementsysteem en voor watermistinstallatie. Verder is in 2026 € 1,1 mln. investeringsbudget opgenomen voor solar carports. Realisatie van deze solar carports is afhankelijk van de beschikbaarheid van capaciteit op het elektriciteitsnetwerk.

Toelichting op de verschillen tussen de begroting 2026 en 2025
Het organisatiekostenbudget neemt in 2026 met € 4,8 mln. toe ten opzichte van 2025. 
Voor het capaciteitsbudget is sprake van een toename van € 1,2 mln. Deze toename komt met name door toename van de loonkosten als gevolg van de (volledige) doorwerking van de cao 2025-2026 en loonstijgingen die per 1 juli 2025 en 1 januari 2026 ingaan. Door de koppeling met de loonkosten van overige personeelskosten bewegen deze kosten ook mee met de toename van het totale capaciteitsbudget.
De overige bedrijfsvoeringskosten nemen in 2026 toe met ca € 3,8 mln. ten opzichte van 2025. De toename is als volgt te verklaren:
•    Vanuit de stelpost overheadmiddelen is er in 2025 vanuit bestaande programmamiddelen budget omgezet naar organisatiekostenbudget om de organisatie te ondersteunen en de uitvoering van taken te versterken. In 2026 heeft nog niet een volledige her allocatie van alle middelen plaatsgevonden, waardoor hier nog een saldo ad € 1,3 mln. resteert en begroting 2026 hoger is dan 2025.
•    De herverdeling in 2025 heeft wel voor de posten ICT algemeen en ICT digitale werkplek geleid tot een toename van € 0,43 mln. in 2026 ten opzichte van 2025. 
•    Afschrijvings- en onderhoudskosten worden opgenomen op basis van onderhoudsplanning en afschrijvingsschema’s en kunnen dus per jaar fluctueren. De afschrijvingskosten meubilair en onderhoudskosten gebouw en klein onderhoud zijn in 2026 € 0,93 mln. hoger dan in 2025.
•    Het werkbudget van de afdeling subsidies is in 2026 met € 0,6 mln. gestegen, doordat de middelen voor het realiseren van een online klantenomgeving (het klantenportaal) zijn doorgeschoven naar 2026, omdat de aanbesteding vertraagd is.
•    Er  wordt in 2026 invulling gegeven aan het onderdeel ‘Data integratie tooling’. Inclusief indexatie gaat het hier om een toename van € 0,6 mln.  op het CIO budget ten opzichte van 2025.

De reserve Ontwikkeling Bedrijfsvoering is ingesteld voor dekking van de ontwikkelingstrajecten voor  bedrijfsvoering in het kader van Toekomstbestendige organisatie. Onderdeel hiervan is ook het compartiment voor dekking van de kapitaallasten voor investeringen in (de verduurzaming van) het provinciehuis. 

De reserve Organisatieontwikkeling wordt ingezet ter dekking van de regelingen die zich richten op onze medewerkers voor onder andere waarderen, ontwikkeling en vitaliteit. 

De reserve POB (Opleidingen) is ingesteld ter dekking van de fluctuerende kosten voor opleidingen die medewerkers kunnen volgen op basis van het Persoonlijk Ontwikkelbudget (POB) / Persoonlijk Budget Duurzame Inzetbaarheid (PBDI). Deze faciliteit is bij de cao 2017 ingesteld, waar voor de medewerkers een budget voor de periode van 5 jaar beschikbaar is. In de cao afspraken 2025-2026 zijn de afspraken gecontinueerd en is het beschikbare budget per 5 jaar van € 5.000 naar € 6.000 verhoogd. 

Vanuit de Investeringsagenda zijn middelen gereserveerd ter dekking van een deel van de personele capaciteit voor het Groen Ontwikkelfonds Brabant.