De voortgang van programma 09 Mobiliteitsontwikkeling loopt achter op planning.
De (financiële) druk op de programmering van mobiliteitsprojecten is enorm. Enerzijds staat we voor een enorme mobiliteitsopgave gekoppeld aan de woningbouwopgave, en anderzijds zijn het zeer hectische en complexe tijden in zowel de wettelijke basistaken mobiliteit als in de lopende en geplande mobiliteitsprojecten. De Staten zijn hierover eerder geïnformeerd via een statenmededeling. De uitvoering van de ontwikkelagenda mobiliteit staat onder druk als gevolg van een aantal factoren:
• Er is grote onzekerheid over de wet- en regelgeving rondom stikstof en het effect op het vergunningsverleningstraject. Dit leidt tot vertraging en grote risico’s voor projecten zowel in voorbereiding als in aanbesteding. Hier lopen de kosten op. Voorbeelden zijn N279 Veghel – Asten, N282 Rijen – Hulten – Reeshof en reconstructie N65.
• We worden geconfronteerd met enorme prijsstijgingen, zowel in lopende projecten als bij toekomstige projecten. Dit als gevolg van de nasleep corona én versterkt door de situatie in Oekraïne. Vooral bij infrastructurele projecten zijn de prijsstijgingen op dit moment moeilijk te beheersen.
• We hebben te maken met teruglopende beschikbare middelen voor mobiliteit, vooral na 2030.
Vergelijkbare problemen zien we ook bij onze partners in de regio als bij het Rijk. Hierdoor staat een aantal belangrijke rijksprojecten on-hold, zoals A58, A67, A50 en A2 Deil – ‘s-Hertogenbosch.
Rijk en regio onderkennen het belang van verstedelijking en mobiliteit voor de doorontwikkeling van de mainportstatus van Brainport-Eindhoven. Het adaptieve verstedelijkingsakkoord voor het Stedelijk gebied Eindhoven (9 gemeenten) is vastgesteld als basis voor de schaalsprong van de Brainport Eindhoven. Rijk en regio willen tijdens het BO-MIRT 2022 in het najaar besluitvorming laten plaatsvinden over het no-regret korte termijn maatregelenpakket als eerste betekenisvolle stap in de mobiliteitstransitie voor de Brainport-regio. Dit pakket bestaat uit de schaalsprong OV en spoor, inclusief multimodale knoop en HOV 4, maatregelenpakket mobiliteitstransitie en het pakket HWN/OWN. Daar zal ook een besluit worden genomen over de A58 Eindhoven – Tilburg.
Ook voor de andere Brabantse steden worden verstedelijkingsakkoorden opgesteld met daaraan gekoppeld de mobiliteitsopgave.
De huidige vertraging bij aantal grote infrastructurele (rijks)projecten bevestigt ons de keuze voor de mobiliteitstransitie. OV, mobiliteitshubs, fiets en de werkgeversaanpak vormen een belangrijk onderdeel van de verstedelijkingsakkoorden en hebben een directe relatie met het Toekomstbeeld OV2040 (TBOV 2040). De provincie heeft vervolgonderzoeken gedaan en we willen in het najaar hierover afspraken met de minister maken. De regionale afspraken die hieruit volgen worden opgenomen in de Regionale Mobiliteitsprogramma’s (RMP).
Het is onvermijdelijk dat we moeten kiezen in welke mobiliteitsprojecten en -opgaven we als provincie wel op inzetten én waar niet, waarbij zowel de uitvoeringskracht als de stapeling van risico’s in de afweging een rol spelen.
Via de Programmering Mobiliteit 2023-2042 hebben we inzicht gegeven hoe we tot de scherpe keuzes komen.