Programma 4 Natuur en milieu

Algemene voortgang van het programma

Terug naar navigatie - Algemene voortgang van het programma

Natuur 
Het programma ligt grotendeels op koers. In de afgelopen tijd is voortvarend doorgewerkt aan de realisatie van het Natuurnetwerk Brabant en het herstel van de N2000-gebieden.
 
Het Beleidskader Natuur is in 2022 vastgesteld en de Uitvoeringsagenda Natuur begin 2023. Hier is aangegeven dat voor een aantal ambities onvoldoende middelen beschikbaar zijn. Dit betreft met name de afronding van het Natuurnetwerk Brabant (NNB) en de ecologische verbindingszones (EVZ), de uitvoering van de bossenstrategie, de landbouwenclaves, de uitvoering van de N2000 herstelmaatregelen en de agenda natuurinclusief. Met het toekennen van extra middelen via de perspectiefnota aan natuur voor deze ambities kunnen we de komende jaren flinke stappen zetten.
De middelen zijn echter niet voldoende om alle ambities uit het beleidskader te realiseren. Door de bezuiniging op het natuurnetwerk en EVZ zijn er nog onvoldoende middelen (€ 30,9 mln.) om het helemaal af te ronden. Ook voor de uitvoering van de bossenstrategie en de landbouwenclaves zijn meer middelen nodig dan nu beschikbaar gesteld.

Bij de realisatie van het natuurnetwerk is om versnelling te brengen gewerkt met de methode van bij begrenzen. Daardoor is het natuurnetwerk in zijn omvang 2.000 hectare gegroeid. Dit jaar wordt het natuurnetwerk dat voortkomt uit de natuurpact afspraken weer in zijn afgesproken omvang vastgelegd op de kaart. De 2.000 ha overbegrenzing wordt vastgelegd in een aparte kaartlaag NNB-overig. Hiermee blijven deze hectares planologisch beschermd en blijven ze beschikbaar om aanvullende en andere doelen te realiseren (vanuit bijvoorbeeld Kaderrichtlijn Water (KRW) en Europese en landelijke ontwikkelingen). 

 

Groenblauwe gebiedsgerichte aanpak
De uitvoering van het natuurbeleid wordt voor wat betreft de gebiedsgerichte maatregelen meer in samenhang met andere opgaven (water, bodem, stikstof, klimaat, landbouw) opgepakt in de groenblauwe gebiedsgerichte aanpak. In ruim 100 gebieden in Noord-Brabant wordt gewerkt aan de uitvoering van de groene en blauwe opgaven. In en rondom veertien stikstofgevoelige Natura 2000-gebieden en een aantal gebieden met een grote klimaatopgave komen veel opgaven samen. U bent recent via een Statenmededeling geïnformeerd over de voortgang van de groenblauwe gebiedsgerichte aanpak.

 

Brabants Programma Landelijk Gebied
In het kader van het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG) heeft het Rijk aan de provincies gevraagd om aan de slag te gaan met de uitwerking van de richtinggevende doelen op het gebied van natuur, water en klimaat en een provinciaal gebiedsprogramma op te stellen. 
In 2023 heeft de provincie Noord-Brabant een eerste pakket voor het BPLG (Brabants Programma Landelijk Gebied) aan het Rijk aangeboden. Het bevat de Houtskoolschets landelijk gebied én een pakket ‘no regret’-maatregelen waar de provincie op korte termijn mee aan de slag wil. Met het merendeel van deze no regret maatregelen (waaronder alle maatregelen voor natuur & water) is de Tweede Kamer in februari 2024 akkoord gegaan. Waarschijnlijk zal Brabant € 222 mln. ontvangen voor de uitvoering van het Brabants Programma Landelijk Gebied (BPLG). Het BPLG is een gecombineerde aanpak van natuur-, stikstof-, water- en klimaatdoelen én de transitie van de landbouw in Brabant. Een flink deel van het bestaande natuurbeleid is onderdeel van het BPLG, zoals Natura 2000 en het Natuurnetwerk. Aanvullend op het bestaande natuurbeleid is de opgave voor 30% natuurherstel volgens de Vogel- en Habitatrichtlijn (VHR), zoals beschreven in het NPLG. Er wordt gewerkt aan een uitvoeringsstrategie BPLG, die ook van invloed is op de werkwijze van de groenblauwe gebiedsgerichte aanpak. In maart 2024 is het voorontwerp BPLG vastgesteld, waarin richting wordt gegeven aan hoe de doelen zoals gesteld in het NPLG kunnen worden behaald in Brabant. Ook de input van het bestuursakkoord zijn hierin verwerkt.


Milieu
Als provincie hebben we ambities en beleid geformuleerd in het Beleidskader Milieu. Dit beleidskader vormt ook voor de komende bestuursperiode ons kader. De afgelopen periode is op basis van de (verlengde) Uitvoeringsagenda Milieu 2023 gewerkt aan een schone, veilige en gezonde leefomgeving via tien milieuthema’s. We werken de tien milieuthema’s momenteel  uit in een uitvoeringsagenda 2024-2027. Op basis van het budget dat met de Perspectiefnota 2025 beschikbaar wordt gesteld, maken we daarin keuzes ten aanzien van welke onderdelen uit het Beleidskader Milieu we in deze periode oppakken en op welke wijze (zie blz. 33 e.v. PPN 2025). 

Voor het project Regionale samenwerking en gemeentelijke deelname Schone Lucht Akkoord is de derde fase gestart per 1 maart; 18 Gemeenten zijn aangesloten en zijn voornemens aan te sluiten bij het Schone Lucht Akkoord. We zijn bezig met een inventarisatie van mogelijke projecten om de luchtkwaliteitsverbeteringen te bevorderen op de industrieterreinen waar het programma Grote Oogst zich op richt.

Bij twee indicatoren liggen we niet op koers (oranje); dit betreft het beperken van geluidsoverlast en externe veiligheid. Zie toelichting bij deze indicatoren voor nadere duiding. 

 

Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH) 
Als gevolg van de Porthos uitspraak werd het aan het einde van 2023 weer mogelijk om vergunningen te verlenen voor projecten met een geringe uitstoot gedurende de bouwfase, en geen uitstoot gedurende de gebruiksfase van het project. Begin 2024 hebben we hierdoor weer een aantal vergunningen kunnen verlenen. Daarnaast zijn beleidsmatige voorbereidingen getroffen om de stikstofuitstoot verder naar beneden te krijgen met het oog op natuurherstel. Waaronder de voorbereiding van de ontwikkeling van een Intrekkings- en aanschrijvingsbeleid als mogelijke maatregel in het BPLG/BOS.

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

Natuurnetwerk Brabant ingericht, verbonden en beheerd

Terug naar navigatie - Natuurnetwerk Brabant ingericht, verbonden en beheerd

Indicator:

  • In 2030 is het Natuurnetwerk Brabant ingericht, verbonden en beheerd 

Kwaliteit (indicator)

O

Kwaliteit (toelichting)

In 2027 hebben we zicht op het beschikbaar hebben van de meeste gronden voor het Natuurnetwerk Brabant (NNB) via verwerving of functieverandering. In het NNB wordt gestaag voortgang geboekt maar het is nog onzeker of we de totale opgave NNB eind 2027 halen. Partners geven aan dat het beschikbaar krijgen van NNB-gronden op vrijwillige basis niet overal tot de gewenste resultaten zal leiden, zeker nu flexibel begrenzen niet meer mogelijk is. Bovendien merken we dat agrariërs wachten op duidelijkheid en mogelijkheden in het kader van het transitiefonds en het Nationaal en Brabants Programma Landelijk Gebied. 
Door de bezuiniging op het programma bij het NNB hebben we voor een deel van de NNB (300 ha van de 9.600 ha) en EVZ-opgave (175 ha) vooralsnog geen budgettaire dekking meer. Via de perspectiefnota is € 29,6 mln. toegekend ter compensatie van de prijsstijgingen binnen het NNB. Hierdoor is het aantal hectares waarvoor geen budget beschikbaar is verlaagd naar 300 ha. Bij inrichting voor NNB en EVZ bestaat het risico dat de prijzen verder stijgen.

Wat gaan we daarvoor doen?

N2000-gebieden hersteld en versterkt

Terug naar navigatie - N2000-gebieden hersteld en versterkt

Indicator:

  • De kwaliteit en kwantiteit van de habitattypen en soorten uit de VHR mogen nooit achteruit gaan.  
  • In 2030 zijn in de N2000-gebieden de VHR-habitattypen en soorten verbeterd in oppervlakte en/of kwaliteit t.o.v. 2023 daar waar nodig volgens aanwijzingsbesluit. 

Kwaliteit (indicator)

O

Kwaliteit (toelichting)

Uit de natuurdoelanalyses blijkt dat het huidige maatregelenpakket (stikstofreductie en natuurherstel (o.a. hydrologische maatregelen)) niet voldoende is om voor alle habitats/soorten de instandhoudingsdoelen te behalen. Het behalen van de instandhoudingsdoelen is voor deze habitats/soorten momenteel buiten bereik. Er moeten aanvullende maatregelen worden genomen om de stikstofdepositie verder te reduceren en de natuur verder te versterken.

Wat gaan we daarvoor doen?

Bossen aangelegd en gerevitaliseerd

Terug naar navigatie - Bossen aangelegd en gerevitaliseerd

Indicator:

  • In 2030 is in Brabant 13.000 ha nieuw bos aangelegd t.o.v. 2020. 
  • In 2030 is ca. 20.000 ha bos op de zandgronden omgevormd naar vitaal bos (revitalisering van bestaande bossen) t.o.v. 2020. 

Kwaliteit (indicator)

O

Kwaliteit (toelichting)

De ambitie voor nieuwe en gezonde bossen is fors. Onderdeel van de ambitie is om de benodigde middelen te vinden door o.a. medeondertekenaars van het klimaatakkoord op hun medeverantwoordelijkheid aan te spreken, actief te zoeken naar nationale middelen en Europese fondsen en door de ambitie mee te koppelen met andere opgaven zoals woningbouw, energietransitie en circulaire economie. Met het toekennen van extra middelen via de perspectiefnota voor bos geeft de provincie daarvoor het goede voorbeeld en een goede impuls. Ook worden dit jaar vrijwel zeker middelen verwacht voor bosrevitalisering in het kader van de koplopersprojecten Nationaal Programma Landelijk Gebied en de 2e fase Landelijk Programma Natuur en worden nog voorbereidingen getroffen voor het Brabants Programma Landelijk Gebied.

Wat gaan we daarvoor doen?

Biodiversiteit beschermd

Terug naar navigatie - Biodiversiteit beschermd

Indicator:

  • In 2030 is de stand van de populaties kwetsbare en bedreigde planten en dieren minimaal behouden t.o.v. 2022.

Kwaliteit (indicator)

O

Kwaliteit (toelichting)

De biodiversiteit staat onder druk, ook buiten de N2000-gebieden. Maatregelen zijn erop gericht om kwetsbare soorten te behouden, maar het resultaat daarvan is met name mede afhankelijk van de mate waarin de transities naar een duurzame landbouw en energievoorziening en naar een natuurinclusieve samenleving effect sorteren.

Wat gaan we daarvoor doen?

Basisvoorwaarden op orde: lucht-, water- en bodemkwaliteit

Terug naar navigatie - Basisvoorwaarden op orde: lucht-, water- en bodemkwaliteit

Indicator:

  • In 2030 is de emissie en depositie van stikstof in Noord-Brabant afgenomen tot een niveau zoals in het kader van het NPLG tussen rijk en provincie is overeengekomen. 

Kwaliteit (indicator)

O

Kwaliteit (toelichting)

Op 26 oktober jl. heeft het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu de nieuwe stikstofdepositiecijfers voor Natura 2000-gebieden gepubliceerd. Hierover bent u afgelopen najaar geïnformeerd via de Memo gedeputeerde Actualisatie stikstofcijfers. Op basis van de nieuwe depositiecijfers kan voor stikstofgevoelige habitats in Brabantse Natura 2000-gebieden het volgende geconcludeerd worden. In 2021 werd in 17 van de 21 Natura 2000-gebieden voor ca. 11.500 hectare (ca. 91%) de zogenoemde Kritische Depositiewaarde voor stikstof overschreden. De prognose voor 2030 is dat dit met ca. 500 hectare afneemt naar ca. 11.000 hectare. Daarmee blijft ca. 86% van het stikstofgevoelige areaal overbelast. De prognose voor 2030 is gebaseerd op de ramingen van het Planbureau voor de Leefomgeving in het kader van de Klimaat- en energieverkenning. Daarmee zou het aandeel stikstofgevoelige Natura 2000 met een stikstofdepositie onder de Kritische Depositiewaarde toenemen van ca. 9% naar ca. 13%. Op basis van de voorgaande landelijke stikstofcijfers was dit nog ca. 13% respectievelijk ca. 27%. In het najaar van 2024 publiceert het RIVM de landelijke monitoringscijfers voor monitoringsjaar 2022. Nadat deze geactualiseerde informatie beschikbaar is, zullen wij deze met uw Staten delen.

Wat gaan we daarvoor doen?

Natuur meewegen bij ruimtelijke en economische ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Natuur meewegen bij ruimtelijke en economische ontwikkelingen

Indicator:

  • In 2030 is er een gedeelde basis voor een 'Natuurinclusief Brabant' en zijn de 8 domeinen van natuurinclusieve samenleving uitgewerkt in specifieke plannen voor Brabant. 
  • In 2030 is er een positieve trend voor biodiversiteit in het stedelijk gebied 

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

De voorbereidingen zijn gestart voor de Brabantse Agenda Natuurinclusief en om gemeenten te stimuleren en te faciliteren bij het opstellen van soortenmanagementplannen.
In 2024 is de interne inventarisatie gestart van de uitvoeringsagenda’s van alle provinciale beleidsvelden op bestaande natuurinclusieve initiatieven en nieuwe koppelkansen voor natuurinclusiviteit. Tegelijk starten we ook een inventarisatie op met externe partners. Uiteindelijk leidt dat tot de Brabantse Agenda Natuurinclusief, gebaseerd op de domeinen die in de Landelijke Agenda Natuurinclusief zijn benoemd. Op basis van deze Agenda zullen op elk van de onderscheiden domeinen actieplannen worden opgesteld in afstemming met de betreffende beleidsvelden.
Het Rijk heeft via een specifieke uitkering middelen beschikbaar gesteld voor de Soorten Management Plannen.

Wat gaan we daarvoor doen?

Behoud, herstel en ontwikkeling van landschappen

Terug naar navigatie - Behoud, herstel en ontwikkeling van landschappen

Indicator:

  • In 2030 bestaat minimaal 10% van het landelijk gebied uit groenblauwe dooradering 

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

De actie op dit onderdeel is afhankelijk van financiering uit het transitiefonds Landelijk Gebied (NPLG) met betrekking tot het onderdeel groenblauwe dooradering. Een eerste tranche (de zogenaamde no-regret middelen) is begin 2024 door de Tweede Kamer toegevoegd aan de begroting van het ministerie van LNV. De verwachting is nu dat (een deel van) de middelen rond de zomer van 2024 beschikbaar komen en ingezet kunnen worden.

Wat gaan we daarvoor doen?

Meer groen in de directe omgeving

Terug naar navigatie - Meer groen in de directe omgeving

Indicator:

  • In 2030 is het aantal vierkante meters groen per gemeente in de bebouwde kom (met 5%) toegenomen ten opzichte van 2023. 

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

De methodiek voor deze indicator is inmiddels bepaald en de opdracht wordt nu aanbesteed: hiermee is het mogelijk om in 2024 op basis van beschikbare gegevens een nulmeting voor 2023 uit te voeren. Deze meting herhalen we in 2026 en 2030. Met deze indicator volgen we de algemene trend en relateren we het effect van onze eigen acties die hieraan kunnen bijdragen.

Wat gaan we daarvoor doen?

Versterken van de beweging van vergroening

Terug naar navigatie - Versterken van de beweging van vergroening

Indicator:

  • Nog nader te bepalen 

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

In 2023 is gestart met het traject om meer verbinding/samenwerking op te zetten tussen Brabantse netwerkpartners die gericht zijn op het in beweging brengen van Brabanders bij vergroeningsinitiatieven. Dit traject leidt medio 2024 tot een gezamenlijk plan hoe deze samenwerking de komende jaren in te vullen en een samen te bepalen indicator die de beweging van vergroening gaat volgen.

Wat gaan we daarvoor doen?

Milieu. Continue verbetering van de luchtkwaliteit en vermindering van de geluid-, geur- en lichthinder

Terug naar navigatie - Milieu. Continue verbetering van de luchtkwaliteit en vermindering van de geluid-, geur- en lichthinder

Indicator:

  • In 2030 is de luchtkwaliteit verbeterd en de geluidsoverlast verminderd

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

Wat gaan we daarvoor doen?

Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH) leveren een bijdrage aan een gezonde fysieke leefomgeving en daarmee een bijdrage aan een goed werk- en leefklimaat.

Terug naar navigatie - Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving (VTH) leveren een bijdrage aan een gezonde fysieke leefomgeving en daarmee een bijdrage aan een goed werk- en leefklimaat.

Indicator:

  • De kwaliteit van de uitvoering van VTH voldoet aan de kaders van landelijke wetgeving;
  • Bij het opstellen van de provinciale beleidskaders en uitvoeringsagenda’s voor o.a. Natuur, Water, Milieu, Energie, Landbouw en Voedsel wordt bewust bezien of en hoe beschikbare VTH-instrumenten ingezet kunnen worden om een bijdrage te leveren aan het bereiken van een beleidsdoel.

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

Het zwaartepunt van de werkzaamheden ligt nog steeds op het van het Open houden van Brabant. Hierdoor besteden we in het programma relatief veel tijd aan de stikstof gerelateerde werkzaamheden. Sinds 1 januari 2024 is de Omgevingswet in werking getreden. Voor VTH heeft dit grote impact op de werkwijze en processen. Zo komen aanvragen en meldingen voortaan binnen via het Omgevingsloket. Bij de verantwoording over de VTH Opdracht 2024 (mei 2025) zullen we u informeren over de ervaringen van het functioneren van VTH onder de Omgevingswet. Overige ontwikkelingen hebben ondermeer betrekking op de verdere uitwerking van het Interbestuurlijk Programma versterking VTH-stelsel (IBP) en Omgevingsveiligheid. Zo komen omgevingsveiligheid en zeer zorgwekkende stoffen (ZZS) terug in het Beleidskader Milieu 2030. De beoogde aanpak voor de ondersteunende niet wettelijke taken voor deze thema's wordt hierin duidelijk beschreven.

Wat gaan we daarvoor doen?

Ontwikkelingen en onzekerheden

Terug naar navigatie - Ontwikkelingen en onzekerheden
  • De voortgang van de Groenblauwe gebiedsgerichte aanpak is afhankelijk van duidelijkheid over het beschikbaar komen van no-regret middelen Nationaal Programma Landelijk Gebied en de tweede tranche van het Landelijk Programma Natuur. De verwachting is dat beide specifieke uitkeringen rond de zomer beschikbaar worden gesteld. Mocht dit niet het geval zijn, zullen wij de mogelijkheden voor voorfinanciering vanuit reguliere provinciale middelen onderzoeken.
  • We merken dat de onrust buiten toeneemt op het gebied van het toezicht in het kader van de Natura 2000-activiteiten als gevolg van de naderende deadline voor emissiereductie-eisen en de vergunningenstop. Indien nodig worden in verband met de veiligheid van de toezichthouders toezichtsbezoeken met twee personen afgelegd.

Financieel overzicht

Terug naar navigatie - Financieel overzicht
Bedragen x € 1.000
4. Natuur en milieu Begroting t/m wijz. 3 Wijziging 4 Begroting t/m wijz. 4
Lasten 165.006 10.472 175.478
Baten 20.410 12.251 32.662
Saldo baten en lasten 144.596 N 1.780 V 142.816 N