Programma 6 Energie

Inleiding

Terug naar navigatie - Programma 6 Energie - Inleiding

Om een eerste beeld over het toekomstige energiesysteem op te stellen is eind 2024 de bouwstenennotitie Energieperspectief 2050 opgeleverd, waarna de startnotitie in maart oordeelsvormend besproken is. Na de zomer volgt het concept Energieperspectief 2050. Tevens is de Provinciaal Meerjarenprogramma Infrastructuur  Energie en Klimaat (PMIEK 2.0) opgeleverd. Beide producten spelen een belangrijke randvoorwaardelijke rol bij de voortgang van de energietransitie. De energietransitie kan alleen slagen, wanneer de beschikbaarheid van energie (in verschillende vormen) geborgd is.
Op dit moment speelt de schaarste op het energienet een steeds grotere belemmerende rol bij de voortgang van de energietransitie. Het oplossen van deze transportcapaciteit heeft dan ook onze volle aandacht. Hierbij ligt niet alleen de focus op het verder uitbreiden en versterken van het elektriciteitsnet, maar ook op het slimmer gebruiken van het bestaande net. Zoveel als mogelijk moet voorkomen worden dat economische en maatschappelijke ontwikkelingen belemmerd worden door een gebrek aan transportcapaciteit. 

Hetzelfde gebrek aan transportcapaciteit belemmert ook de realisatie van grootschalige opwekprojecten. Daarmee kan de realisatie iets vertragen. De realisatie van de afspraken uit de RES 1.0, te weten 6,6 TWh aan opwek van hernieuwbare energie in Brabant, ligt daardoor achter op schema. Of de gewenste hernieuwbare opwek in 2030 mogelijk is, valt te bezien. Maar wanneer deze datum niet kan worden gehaald, zetten alle partijen zich in om de afspraken iets later alsnog te behalen. 
De regio Moerdijk speelt nu en in de toekomst een sleutelrol in de (inter)nationale en regionale energieopgave. In de regio Moerdijk komen veel grote energie-infrastructurele projecten samen. Vanwege de grote ruimtevraag in het gebied is de Ontwerptafel Powerport regio Moerdijk opgericht. 
De warmtedialogen zijn afgerond en de resultaten zijn in het najaar met uw Staten gedeeld. De verkenning naar een regionaal warmtebedrijf wordt in 2025 voortgezet, waarbij de focus ligt op de financiële en juridische haalbaarheid.

Verder is de uitvoeringsagenda Energie, na vaststelling eind 2024, voortvarend opgepakt, zoals:

  • Sterkere regie op netcongestie door meer duidelijkheid te creëren en inzetten op steviger samenwerken (zie PS mededeling);
  • Werkplaats ‘Energie Brabant’: met kennissessies (webinars) voor energieprofessionals in Brabant spelen we in op een duidelijke behoefte uit het veld om meer inzicht in de energietransitie en alle uitdagingen die daarbij komen kijken op te doen.
  • De Bijdrageregeling versterking biodiversiteit en versnelling energiebesparing is opengesteld;
  • Naast de ontzorgingsloketten voor de verduurzaming van maatschappelijk vastgoed is het ontzorgingsloket voor het Midden- en Kleinbedrijf (MKB) geopend en is de tranche van Klein Maatschappelijk Vastgoed 1 afgerond.
  • We laten een project-MER uitvoeren om in beeld te krijgen welke mogelijkheden er in De Pielis (gemeente Bergeijk) zijn voor de opwek van hernieuwbare energie.
  • De subsidieregeling naderingsdetectiesysteem voor windturbines is dit jaar nogmaals opengesteld. Met dit detectiesysteem gaat de obstakelverlichting alleen aan bij nadering van vliegtuigen. Hiermee kan hinder voor omwonenden (deels) voorkomen worden.
  • Voor 2 ondergrondse kabeltracés pakken we de rol van bevoegdheid gezag op met als doel  het voorkomen van vertraging en waar mogelijk versnelling van de uitvoering;
  • Subsidieregeling voor haalbaarheidsstudies energyhubs is opengesteld om het gebruik van het elektriciteitsnet te optimaliseren;
  • Op dit moment wordt door provincie, RWE en inwoners van Dinteloord invulling gegeven aan de afspraken Sociale Randvoorwaarden bij windpark Karolinapolder (afronding 2026).
  • In samenwerking met Enexis en Vattenfall schaalt de provincie het netbewust laden op zodat de laadinfrastructuur voor personenauto’s piekvragen op het net vermindert, zonder dat dit de mobiliteit van de elektrische rijder beperkt.

Informatie over de indicatoren Energie en aanvullende data is te vinden in de Monitor Energieagenda 2019-2030.

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Programma 6 Energie - Wat willen we bereiken?

In 2030 dient de helft van de energie (elektriciteit, warmte en brandstoffen) die in Brabant gebruikt wordt, opgewekt te zijn uit hernieuwbare bronnen, voornamelijk uit Brabant

Terug naar navigatie - Programma 6 Energie - Wat willen we bereiken? - In 2030 dient de helft van de energie (elektriciteit, warmte en brandstoffen) die in Brabant gebruikt wordt, opgewekt te zijn uit hernieuwbare bronnen, voornamelijk uit Brabant

Indicatoren:

  • De ontwikkeling van het totale energieverbruik in Brabant.
    De ontwikkeling van de opwek van hernieuwbare energie in Brabant. 
    (Verplichte indicator uit BBV)
  • Totaal gevraagde vermogen voor afname op de wachtlijst bij Enexis 
  • Totaal gevraagde vermogen voor teruglevering op de wachtlijst bij Enexis 
  • Gemiddelde energiequota - Huishoudens waarbij de energierekening als aandeel van het inkomen (te) hoog is
O

De ontwikkeling van de opwek van hernieuwbare energie in Brabant.

De totale geleverde hoeveelheid hernieuwbare energie bedraagt in 2022 21,6 PJ. Daarmee is ruim 9% van het energieverbruik afkomstig uit hernieuwbare Brabantse bronnen.
Uit door Planbureau voor de Leefomgeving geverifieerde gegevens blijkt dat de Brabantse RES regio's per 1 januari 2024 ruim de helft van de opwekdoelstelling (6,5 TWh in 2030) hebben gerealiseerd. Daarnaast is nog ruim 1 TWh in de fase van voorbereiding (concrete plannen ) en liggen er nog voor ruim 2,5 TWh minder concrete plannen. Als deze plannen de komende jaren gerealiseerd worden, is de doelstelling (voor 2030) haalbaar. We zien echter ook dat de uitvoering wordt belemmerd/vertraagd door .,netcongestie, mogelijke beperkingen die vanuit Defensie aan het ruimtegebruik worden opgelegd. Het signaal dat we eerder hebben moeten geven, blijft aan de orde. Mocht het oplossen van de netcongestie langzamer gaan dan nu wordt voorzien, kan de verduurzaming van de energieopwekking later gerealiseerd worden dan in het beleid is bepaald (2030). Gedetailleerde informatie is te vinden in de Monitor energieagenda 2019-2030.

Totaal gevraagde vermogen voor afname op de wachtlijst bij Enexis

Aanvragen voor aansluiting op het elektriciteitsnet worden op een wachtlijst geplaatst. In maart 2025 2025 kent de wachtlijst voor afname een omvang van 891 MW Bron: Enexis, Capaciteitskaart elektriciteitsnet.

Totaal gevraagde vermogen voor teruglevering op de wachtlijst bij Enexis

Knelpunten in het elektriciteitsnetwerk zorgen voor een wachtlijst voor een aansluiting voor de terug levering (opwek) van elektriciteit. In maart 2025 kent de wachtlijst voor invoeding een omvang van 3020 MW Bron: Enexis Capaciteitskaart elektriciteitsnet.

Gemiddelde energiequota - Huishoudens waarbij de energierekening als aandeel van het inkomen (te) hoog is

Het gemiddelde energiequota in Noord-Brabant was in 2020 4,5% en in 2022 3,2% (CBS). De energieprijzen zijn na een aanvankelijke daling weer vergelijkbaar met het niveau van tijdens de energiecrisis. De betaalbaarheid blijft een belangrijke waarde van de energietransitie.

Wat gaan we daarvoor doen?

Ontwikkelingen en onzekerheden

Terug naar navigatie - Programma 6 Energie - Ontwikkelingen en onzekerheden
  • Netcongestie
    Vele ontwikkelingen in Noord-Brabant  zijn afhankelijk van het tijdstip waarop huidige knelpunten op het elektriciteitsnetwerk binnen Brabant zijn opgelost. Dit geldt zowel voor het lokale/regionale net van Enexis als het nationale net van TenneT. 
  • Ontwikkelingen uitvoering klimaatakkoord
    Hier zijn we mede afhankelijk van de vorming van een nieuw kabinet en de beleidsmatige inzet op energietransitie / klimaataanpak.
  • Wet Collectieve Warmte
    Met dit wetsvoorstel wordt beoogd de warmtetransitie in met name de gebouwde omgeving te bevorderen en tegelijkertijd de publieke belangen duurzaamheid, leveringszekerheid en betaalbaarheid beter te borgen. Afhankelijk van de behandeling in de Tweede Kamer zal duidelijk worden wat dit gaat betekenen voor de provinciale rol.