Het programma Mobiliteitsontwikkeling ligt beperkt achter op schema vanwege een aantal uitdagingen in de uitvoering. En dat terwijl nieuwe investeringen in bereikbaarheid keihard nodig zijn om de autonome ontwikkelingen (o.a. demografie & economische groei) op te kunnen vangen én om de ambities van bijvoorbeeld de woningbouw- en verstedelijkingsopgave en het klimaatakkoord waar te kunnen maken. De mobiliteitsopgave is groot en voor de realisatie zijn miljarden nodig. Er zullen keuzes gemaakt moeten worden en niet alles kan. Gelukkig staat Brabant er goed voor en zijn i.h.k.v. het Bestuursakkoord bij de Perspectiefnota 2025 € 272 mln. middelen aan de mobiliteitsportefeuille toegevoegd via het verlengen van de reserve Spaar- & Investeringsfonds (SIF) met 4 jaar. Middelen die we kunnen inzetten om de eerste betekenisvolle stappen te kunnen zetten in de noodzakelijke doorontwikkeling van het Brabantse mobiliteitssysteem.
Voor de Brainportregio zijn, bovenop de Brainportdeal (€ 1,6 mrd.), aanvullende afspraken gemaakt in het convenant Beethoven (€ 2,5 mrd.). Voor mobiliteit betekent dit extra middelen voor de ontwikkeling van de Multimodale Knoop (MMK), de HOV-verbinding spoorzone - bedrijventerrein De Run (HOV4) en het onderliggende wegennet (OWN). Hiermee zorgen we ervoor dat de economische groei van de regio Zuidoost kan worden gefaciliteerd. De eerste stappen in de uitvoering zijn gezet met bestuursovereenkomsten voor een vijftal snelfietsroutes uit het Korte Termijn Maatregelenpakket, de aankoop van een strategische locatie voor de ontwikkeling van een mobiliteitshub aan de noordwest zijde van Eindhoven en de werkgeversaanpak door Brainport Bereikbaar.
Toch zijn er ook uitdagingen, met name op het wegennet. Met de herprioritering van het Mobiliteitsfonds van het Rijk en de aanhoudende stikstofproblematiek is realisatie van een aantal infrastructurele rijksprojecten op korte termijn onzeker. We blijven bij het Rijk aandringen om de rijksprojecten in Brabant snel terug op te pakken. Maar ook een aantal provinciale projecten is vertraagd en de kosten ervan lopen flink op. We staan deze bestuursperiode voor belangrijke keuzes bij o.a. de N279 Veghel – Asten en de N629 Dongen – Oosterhout, maar ook bij de rijksweg N65.
Om de impact hiervan te beperken en tegelijk de verstedelijkings- en woningbouwopgave mogelijk te maken is, naast de noodzakelijke capaciteitsverruiming op wegeninfra, extra inzet op actieve en gedeelde mobiliteitsvormen (mobiliteitstransitie) nodig. Voor alle stedelijke regio’s werken we dit jaar Meerjarige Multimodale Mobiliteitspakketten (MMMP’s) uit. Het doel is om hierover de eerste afspraken te maken met de regio’s en in samenhang met de Multimodale Mobiliteitsagenda (MMA) met het Rijk tijdens het BO-MIRT 2024. De ambities liggen vast in het beleidskader mobiliteit Koers 2030 en zijn verder uitgewerkt in de verstedelijkingsstrategie NOVEX stedelijk Brabant, het Toekomstbeeld OV 2040 (TBOV 2040) en het Brabants Toekomstbeeld Fiets (BTF). In 2024 is gestart met de realisatie van de verdiepte ligging van het spoor bij Vught (PHS) met het bouwen van een tijdelijk spoor en werken we toe naar besluitvorming over het voorkeursalternatief OV-knoop Bosch Centraal bij BO-MIRT 2024. De MIRT-verkenning voor OV-Knoop Brainportregio Eindhoven is opgestart met een besluit over het voorkeursalternatief in 2025.
Er is een start gemaakt met de uitvoering van de projecten van het realisatiepact goederenknooppunt Tilburg naar aanleiding van het besluit bij BO-MIRT 2023.
Het meerjarige totaaloverzicht van de lopende en toekomstige mobiliteitsprojecten en -opgaven wordt gegeven in de programmering mobiliteit 2025-2044.