Programma 8 Basisinfrastructuur mobiliteit

We werken aan het meest betrouwbare, slimme, duurzame en veilige mobiliteitssysteem van Europa om Brabant aantrekkelijk, bereikbaar en concurrerend te houden.

Algemene voortgang van het programma

Terug naar navigatie - Algemene voortgang van het programma

De uitvoering van het programma Basisinfrastructuur mobiliteit loopt op schema, al blijft er een aantal grote uitdagingen.

Zo streven we naar een gezonde financiële basis om het OV-aanbod in Brabant op een bestendige wijze op te kunnen schalen op basis van de herijkingsafspraken en via aanbestedingen van nieuwe OV-concessies. Deze opschaling is randvoorwaardelijk voor de basis op orde en om de verstedelijkingsopgave te kunnen faciliteren op basis van de OV-visie 'Gedeelde mobiliteit is maatwerk'. Met extra rijksmiddelen (o.a. motie Bikker) en aanvullende middelen bij de Perspectiefnota 2025 als uitwerking van het Bestuursakkoord 2023-2027 is de financiële druk op de OV-concessies deels afgenomen. Het besluit over het structureel doortrekken van de aanvullende provinciale middelen moet nog wel genomen worden. Daarnaast speelt er nog het risico rondom de rijksmiddelen voor de studenten OV-kaart (SOV-opbrengsten) wat vanaf 2025 grote onzekerheid geeft.
Vanaf juli 2025 gaat de nieuwe concessie West in en we zijn nu bezig met de implementatie hiervan. Vooruitlopend daarop start het flexvervoer in dit gebied in januari al; in de andere gebieden vanaf 2026. Hiermee wordt een belangrijke stap gezet in de transitie naar gedeelde mobiliteit met een sterke (H)OV-structuur aangevuld met flexibele vormen van vervoer. De aanbesteding voor de nieuwe concessie Oost (vanaf 2027) is opgestart. 
Randvoorwaardelijk voor (het tempo van) de opschaling van het OV-aanbod is dat de personeelstekorten bij de vervoerders afnemen. De effecten van de inspanningen van de vervoerders (extra wervingsactiviteiten en opleiden) zullen pas goed zichtbaar worden vanaf 2025. We blijven erop sturen dat de vervoerders de afspraken hierover nakomen.

De wettelijke verantwoordelijkheid van de beheer- en onderhoudstaak provinciale wegen mag niet ter discussie staan en verkeersonveilige situaties als gevolg van onderhoudstoestand moeten te allen tijde worden voorkomen. Daarom is het uitgangspunt van werk-met-werk bij de herijking van KOPI losgelaten en is de meerjarige onderhoudsplanning weer leidend voor de onderhoudsprojecten. Vanwege vertragingen in reconstructies, mede door de stikstofproblematiek, kon immers niet langer worden gegarandeerd dat er geen sprake was van achterstallig onderhoud. De wegvakken met potentieel achterstallig onderhoud worden met prioriteit opgepakt en tussentijds extra gemonitord.
Daarnaast is een tweejarig contract voor groot onderhoud gegund. Dit is een overbruggingscontract richting waardegedreven onderhoud waarin het variabel en groot onderhoud van provinciale infrastructuur meerjarig gebiedsgericht met aannemers wordt georganiseerd. De efficiency van het groot onderhoud neemt hierdoor toe. Tenslotte is het dagelijks onderhoud geborgd met de gunning net voor de zomer van het onderhoudspartnercontract (OPC) en elektrotechnisch partnercontract (EPC) met een looptijd van 4 jaar plus optie voor nog 4 jaar. 

Toch zijn er ook zorgen. Brabant staat al jaren bovenaan het lijstje van het aantal dodelijke verkeersslachtoffers en er is sprake van een stijgende trend van het aantal verkeersslachtoffers. 
De onverminderde inzet op verkeersveiligheid blijft daarom nodig. Samen met de partners is het nieuwe Brabants Verkeersveiligheidsplan BVVP 2024-2027. Focus op de doelgroepen fietsers, onervaren verkeersdeelnemers en afleiding via gedragsinterventies zoals educatie en via het verbeteren van de verkeersveiligheid op schoolfietsroutes zijn belangrijke accenten.

Wat willen we bereiken?

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken?

We gaan voor een robuust en betrouwbaar mobiliteitssysteem.

Terug naar navigatie - We gaan voor een robuust en betrouwbaar mobiliteitssysteem.

Door zorgvuldig (functioneel) beheer en onderhoud dragen de rijks- en provinciale wegen maximaal bij aan een betrouwbaar mobiliteitssysteem, nu en in de toekomst. 

  • De ontwikkeling in de Indicator Provinciale Wegen (provinciale wegen): IPW >= vorig jaar. 
  • De ontwikkeling in de klantwaardering voor de Brabantse wegen via het WOW-onderzoek (provinciale wegen): WOW >= vorig jaar. 

Mate van tevredenheid onder Brabanders en Brabantse ondernemers over hun reistijd en de voorspelbaarheid van de reistijd. 

  • Ontwikkeling in waardering van het OV door reizigers: OV-klantenbarometer >= vorig jaar. 

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

Wat gaan we daarvoor doen?

We gaan voor veilige mobiliteit.

Terug naar navigatie - We gaan voor veilige mobiliteit.

 

  • De ontwikkeling van het aantal dodelijke verkeersslachtoffers (Noord-Brabant & provinciale wegen): aantal dodelijke verkeersslachtoffers (conform CBS) < vorig jaar. 
  2020 2021 2022 2023 2024
Aantal dodelijke verkeersslachtoffers 99 91 141 120  
waarvan op provinciale wegen 16 12 15 ntb  

* Cijfers 2022 en 2023 zijn nog niet vrijgegeven door RWS. 

In 2030 hebben we de helft minder verkeersongevallen dan in 2020. 

  • De ontwikkeling van het aantal slachtoffers met lichamelijk letsel (Noord-Brabant & provinciale wegen): aantal ongevallen met lichamelijk letsel. 
  2020 2021 2022 2023 2024
Aantal slachtoffers 1.985 2.015 ntb ntb  
waarvan op provinciale wegen 164 120 ntb ntb  

De sociale veiligheid is in 2030 toegenomen ten opzichte van 2020. 

  • De ontwikkeling van de OV-klantbarometer onderdeel veiligheid: OV-klantbarometer onderdeel sociale veiligheid >= vorig jaar. 

Kwaliteit (indicator)

R

Kwaliteit (toelichting)

Brabant is nog steeds de provincie met het hoogste aantal dodelijke verkeersslachtoffers, bijna 1/5 deel van het totale aantal in Nederland. Daarnaast zien we al jaren een stijgende trend in het aantal ongevallen met (ernstig) lichamelijk letsel. Cijfers die vragen om extra inzet op verkeersveiligheid. De ambities liggen vast in het nieuwe BVVP 2024-2027 en worden vertaald naar indicatoren in de begroting 2025.

Wat gaan we daarvoor doen?

We gaan voor schone, stille en gezonde mobiliteit.

Terug naar navigatie - We gaan voor schone, stille en gezonde mobiliteit.

We gaan in Noord-Brabant uit van een ten minste 50% reductie van broeikasgassen (waaronder CO2) en ten minste 50% gebruik van duurzame energie.

  • Ontwikkeling emissie broeikasgassen vanuit mobiliteit uitgedrukt in CO2-equivalenten (in absolute aantallen in tonnen uitstoot) (Noord-Brabant): emissie < vorig jaar.  

De uitstoot van overige emissies (NOx, fijnstof) is significant afgenomen in 2030. Op grond van het Schone Lucht Akkoord is het streven om in 2030 tot een reductie te komen van 50% van de negatieve gezondheidseffecten van verkeersemissies ten opzichte van 2016. 

  • Ontwikkeling concentratie NOx en fijnstof emissies in de lucht: emissie < vorig jaar . 

Kwaliteit (indicator)

G

Kwaliteit (toelichting)

De actualisatie zal plaatsvinden met de herijking van het verkeersmodel BBMA in de loop van 2024.

Wat gaan we daarvoor doen?

Ontwikkelingen en onzekerheden

Terug naar navigatie - Ontwikkelingen en onzekerheden
  • Ontwikkelingen rondom de Studenten OV-kaart kunnen vanaf 2025 grote invloed hebben op de financiën van het OV.
  • Om langlopende verplichtingen bij aanbesteding van OV-concessies te kunnen aangaan is op korte termijn duidelijkheid nodig over het structureel doortrekken van aanvullende provinciale middelen.
  • De krapte op de arbeidsmarkt voor de vervoerders is bepalend voor het tempo waarin opschaling van het OV-aanbod kan plaatsvinden.
  • Netschaarste en leveringsproblemen kunnen ervoor zorgen dat de ZE-ambities in het OV niet realiseerbaar zijn.
  • Prijsstijgingen en problemen met levering van materialen vormen een risico voor infrastructurele onderhoudsprojecten.
  • Om het risico van achterstallig onderhoud uit te kunnen sluiten, zijn aanvullende korte termijn maatregelen mogelijk noodzakelijk. Hierdoor kan een overschrijding op de onderhoudsbegroting ontstaan.
  • Klimaatverandering leidt tot extra (dagelijks) onderhoud.
  • Krapte op de arbeidsmarkt voor technische personeel raakt de taak van beheer en onderhoud provinciale wegen.

Financieel overzicht

Terug naar navigatie - Financieel overzicht
Bedragen x € 1.000
8. Basisinfrastructuur mobiliteit Begroting t/m wijz. 5 Wijziging 6 Begroting t/m wijz. 6
Lasten 199.399 -2.632 196.767
Baten 5.684 1.624 7.308
Saldo baten en lasten 193.715 N 4.256 V 189.459 N