Programma 9 Mobiliteitsontwikkeling
Inleiding
Terug naar navigatie - Programma 9 Mobiliteitsontwikkeling - InleidingDe ambities voor de doorontwikkeling van het Brabantse mobiliteitssysteem langs de vier netwerken wegennet, OV-netwerk, hoofdfietsnetwerk, en goederencorridor staan onder druk.
Als gevolg van herprioritering van het Mobiliteitsfonds is een aantal rijksinfraprojecten gepauzeerd. Voor enkele projecten is afgesproken om restbudgetten in te zetten voor mobiliteitspakketten om de impact te verminderen (A2 Deil - Vught, A50 Paalgraven – Bankhoef, A58 Breda – Tilburg en Galder – St.-Annabosch en A67 Leenderheide – Geldrop) met cofinanciering door de regio. Voor de projecten A2 Deil – Vught en A50 Paalgraven – Bankhoef is aangegeven dat deze voorlopig (in ieder geval tot 2030) niet worden opgepakt. Van projecten die wel doorgaan (A58 Eindhoven – Tilburg en N65 Vught - Helvoirt) is het de vraag of én op welke termijn deze gerealiseerd worden vanwege belemmeringen op het gebied van stikstof, capaciteit en financiën. De werkzaamheden A27 Houten - Hooipolder worden gefaseerd en zijn vertraagd. Op de provinciale infrastructuur is de provincie er wel in geslaagd om, al dan niet met kleine aanpassingen, projecten door te laten gaan. De 2e fase van de N282 Rijen - Hulten - Reeshof is nu in uitvoering en er is gestart met de N285 Noordelijke randweg Zevenbergen. Ook het project op de N605 bij Volkel kan binnenkort starten. De realisatiekosten van veel infraprojecten vallen door de vertraging en extra maatregelen (o.a. fasering en inzet elektrisch materieel) wel hoger uit. Een project dat voorlopig niet door kan vanwege stikstof is de N629 Dongen - Oosterhout. Gekeken wordt welke onderdelen wel opgepakt kunnen worden. Voor de N279 Veghel - Asten is op basis van een uitgebreid participatietraject de Notitie Detail en Reikwijdte opgeleverd met een aantal kansrijke alternatieven als basis voor verdere besluitvorming. Voor de N284 Reusel - Hapert wordt het Voorkeursalternatief via een participatietraject uitgewerkt tot een voorlopig ontwerp. Deze projecten lijken echter niet (op redelijke termijn) realiseerbaarheid, maar we gaan ondertussen wel door met de projectvoorbereiding.
Het OV- en het hoofdfietsnetwerk zijn belangrijk voor de mobiliteitstransitie en hard nodig voor de realisatie van het ontwikkelperspectief NOVEX stedelijk Brabant. De ambities liggen vast in het Toekomstbeeld OV 2040 (TBOV 2040) en het Brabants Toekomstbeeld Fiets (BTF). In de 2e helft van 2025 wordt een aantal belangrijke keuzes gemaakt. Zo wordt voor HOV4 in Eindhoven op basis een uitgewerkt voorontwerp inclusief kostenraming een investeringsbeslissing genomen. Voor de spoorknopen Eindhoven en Bosch Centraal werken we toe naar een besluit over een voorkeursvariant. Er zal ook nog gezocht moeten worden naar optimalisaties in het ontwerp en aanvullende middelen, want de huidige varianten kunnen namelijk niet binnen het budget gerealiseerd worden. Samen met het Rijk zijn maatregelen getroffen (o.a. aanpassen op- en afritten en realiseren haltering) om het mogelijk te maken om op bepaalde trajecten met bussen op de vluchtstrook te kunnen en mogen rijden. Vanaf medio 2025 op de A67, gevolgd door de A50 en A2. De aanpassingen zijn bedoeld om het OV rond Eindhoven betrouwbaarder te maken én om zo ook de drukte op de wegen te verminderen.
Ook de uitbreiding van het (snel-)fietsnetwerk in Brabant vordert gestaag. Zo worden dit jaar (grotendeels) opgeleverd: de F2 Zaltbommel – ’s-Hertogenbosch, de F58 Rijen – Breda en de F629 Tilburg – Oosterhout. In de Brainportregio is gestart met de aanleg van de enkele doorfietsroutes uit het Korte Termijn Pakket, zoals de F67 Kempenroute en de F270 Eindhoven – Helmond. Met het besluit over de Gebiedsontwikkeling Oostelijke Langstraat (GOL) naar aanleiding van de positieve uitspraak van RvS kan ook gestart worden met de realisatie van de F59 ’s-Hertogenbosch - Waalwijk.
Tilburg en Moerdijk zijn belangrijke logistieke knooppunten op de goederencorridor. Met de ondertekening van de bestuursovereenkomst voor de Herbouw Sluis II Wilhelminakanaal kan binnenkort eindelijk gestart worden met de verbetering van de vaarverbinding. Over de verdere optimalisatie van het havengebied worden hopelijk dit jaar nog afspraken gemaakt. Naar aanleiding van een aangenomen motie wordt nog dit jaar een actieplan truckparkings opgeleverd.
Met de stedelijke regio's zijn Meerjarige Multimodale Mobiliteitsprogramma's (MMMP's) opgesteld en zijn deze ook vertaald in eerste korte termijn pakketten met maatregelen tot en met 2027. Deze afspraken worden definitief in de regionale mobiliteitsprogramma’s die eind dit jaar per stedelijke regio worden vastgesteld voor 2026 en 2027. Daarnaast wordt vanuit SmartwayZ.NL gewerkt aan het opstellen van een Meerjarige Multimodale Agenda (MMA) met het Rijk en regio voor heel Zuid-Nederland. De Meerjarige Multimodale Agenda Zuid-Nederland (MMA) brengt in een adaptief ontwikkelpad de gezamenlijke ambitie en richting van Rijk en regio voor een multimodale mobiliteitsagenda samen voor Zuid-Nederland (Noord-Brabant en Limburg) in 2040. Er worden ook korte, middellange en lange termijn pakketten opgesteld. Deze wordt in gezamenlijkheid met alle partners opgeleverd in 2025. Ten slotte werken we een propositie Brabant Bouwt uit voor Zuid-Nederland voor een beroep op deel van de € 2,5 mld. die bij het Rijk beschikbaar is voor investeringen in de infrastructuur voor de ontsluiting van nieuwe woningbouwprojecten. Hier wordt ook in het najaar een besluit over verwacht van het Rijk.
Via de Programmering Mobiliteit 2026-2045 is inzicht gegeven in de totale mobiliteitsportefeuille. De mobiliteitsopgave is onverminderd groot en de middelen beperkt. Dat vraagt voortdurend om scherpe keuzes.
Naast alle kansen zijn er ook de nodige risico’s. Tal van ontwikkelingen hebben invloed op de mobiliteitsagenda. Allereerst blijft (onduidelijkheid over) het stikstofbeleid een grote bottleneck in de uitvoering van grote projecten. Daarnaast hebben geopolitieke spanningen invloed op de beschikbaarheid én prijzen van grondstoffen, materialen en personeel. Ten slotte zien we dat eerder gemaakte afspraken met het Rijk in de pauzestand gaan en/of worden ingetrokken en dit leidt tot onzekerheid. Die situatie is er niet beter op geworden met de recente val van het kabinet.
Wat willen we bereiken?
Terug naar navigatie - Programma 9 Mobiliteitsontwikkeling - Wat willen we bereiken?We gaan voor een robuust en betrouwbaar mobiliteitssysteem.
Terug naar navigatie - Programma 9 Mobiliteitsontwikkeling - Wat willen we bereiken? - We gaan voor een robuust en betrouwbaar mobiliteitssysteem.De (multimodale) reistijd is in 2030 in 95% van de gevallen conform de voorspelling + of – 5 minuten.
- De ontwikkeling van de werkelijke gerealiseerde reistijd per auto ten opzichte van de freeflow reistijd (Noord-Brabant & provinciale wegen, naar typen wegen): < vorig jaar.
*Freeflow = reistijd buiten de spits zonder vertraging.
De onzekerheid over de (termijn van) realisatie van een aantal infrastructurele projecten, zowel op het rijkswegennet als op provinciale wegen, verhogen de druk op het Brabantse mobiliteitssysteem. De impact hiervan is reeds geschetst in het persbericht Gestrand in Brabant. Het belang van de realisatie van de maatregelen op de andere netwerken neemt hierdoor toe.
We gaan voor een samenhangend mobiliteitssysteem.
Terug naar navigatie - Programma 9 Mobiliteitsontwikkeling - Wat willen we bereiken? - We gaan voor een samenhangend mobiliteitssysteem.Het aantal multimodale ketenverplaatsingen* in personen- en goederenvervoer in Brabant is in 2030 verdubbeld ten opzichte van 2019.
- Ontwikkeling modal split in het personenvervoer van weg naar openbaar vervoer en fiets (absolute aantallen, Noord-Brabant): > vorig jaar
- Ontwikkeling modal split in het goederenvervoer van weg naar spoor en water (absolute aantallen, Noord-Brabant): > vorig jaar
*Bij multimodale ketenverplaatsing is er sprake van een combinatie van meerdere (duurzame) vervoerwijzen voor één verplaatsing. Modal split houdt de verdeling in tussen modaliteiten.
We gaan voor mobiliteit voor iedereen.
Terug naar navigatie - Programma 9 Mobiliteitsontwikkeling - Wat willen we bereiken? - We gaan voor mobiliteit voor iedereen.Onderwijs-, zorg-, werk-, recreatie-, natuur- en dagelijkse voorzieningen en sociale contacten zijn in 2030 goed bereikbaar voor iedereen.
- Ontwikkeling van de nabijheid van voorzieningen in verschillende type regio’s en voor verschillende type modaliteiten.
We gaan voor schone, stille en gezonde mobiliteit
Terug naar navigatie - Programma 9 Mobiliteitsontwikkeling - Wat willen we bereiken? - We gaan voor schone, stille en gezonde mobiliteitWe zorgen in Noord-Brabant dat de overlast van verkeer geminimaliseerd wordt door in te zetten op stille voertuigen en infrastructuur.
- Ontwikkeling aantal objectief geluidgehinderden waar de wettelijke geluidnormen worden overschreden (provinciale wegen): aantal < vorig jaar.
Op basis van het actieplan geluid wordt het aantal geluidgehinderden gemonitord en worden saneringen uitgevoerd. Een groot deel van de saneringen wordt vanaf volgend jaar uitgevoerd. Nog in 2025 worden de geluidproductieplafonds opnieuw vastgesteld.
Ontwikkelingen en onzekerheden
Terug naar navigatie - Programma 9 Mobiliteitsontwikkeling - Ontwikkelingen en onzekerheden- Het pauzeren van een aantal rijkswegenprojecten en de herprioritering van het Mobiliteitsfonds heeft invloed op de bereikbaarheid van Brabant.
- Ontwikkelingen in wet- en regelgeving rondom stikstof en vergunningverlening kunnen de realisatie én de kosten van (infrastructurele) projecten beïnvloeden.
- Onzekerheid en vertraging in de doorlooptijden bij behandeling door de Raad van State heeft invloed op de haalbaarheid en zekerheid van de planningen van projecten.
- De mate van cofinanciering door Rijk en regio kan de haalbaarheid van opgaven en projecten beïnvloeden. Ook staan steeds vaker gemaakte afspraken met het Rijk ter discussie. De val van het kabinet kan het lastiger maken om op korte termijn hier terug afspraken over te maken.
- De wijze van financieren van de afspraken met de regio in het kader van de Regionale Mobiliteitsprogramma’s en de regelgeving rondom de lastneming kan het ritme van de besteding van de provinciale begroting beïnvloeden. Hierdoor kan onder- of overbesteding ontstaan in een specifiek jaar. We zijn hierin in belangrijke mate afhankelijk van (de uitvoering door) gemeenten.
Financieel overzicht programma Mobiliteitsontwikkeling
Terug naar navigatie - Programma 9 Mobiliteitsontwikkeling - Financieel overzicht programma MobiliteitsontwikkelingBedragen x € 1.000 |
|||
|---|---|---|---|
9. Mobiliteitsontwikkeling |
Begroting t/m wijz. 4 |
Wijziging 5 |
Begroting t/m wijz. 5 |
Lasten |
147.849 |
-35.644 |
112.205 |
Baten |
2.655 |
-1.190 |
1.465 |
Saldo baten en lasten |
145.194 N |
34.455 V |
110.740 N |